10. Plaats alle verwijderde onderdelen terug.
11. Stop alle stekkers weer in het stopcontact en sluit alle ontkoppelde kabels weer op de computer aan.
Knoopcelbatterij
Vereiste
Lees voordat u begint de Bijlage A 'Belangrijke veiligheidsvoorschriften' op pagina 45 en druk de volgende
instructies af.
Attentie: Maak uw computer niet open of probeer deze niet te repareren voordat u de Handleiding met
belangrijke productinformatie hebt gelezen.
GEVAAR
Als de knoopcelbatterij niet op de juiste manier in het apparaat wordt geïnstalleerd, kan hij
ontploffen. De knoopcelbatterij bevat een kleine hoeveelheid schadelijke stoffen. Om verwondingen
te voorkomen, dient u zich aan de volgende richtlijnen te houden:
• Vervang de batterij alleen door een door Lenovo aanbevolen batterij van hetzelfde type.
• Houd de batterij uit de buurt van open vuur.
• Stel de batterij niet bloot aan overmatige warmte.
• Stel de batterij niet bloot aan water of regen.
• Sluit de batterij niet kort.
• Laat de batterij niet vallen en zorg dat hij niet beklemd raakt, doorboord wordt of wordt
blootgesteld aan grote krachten. Verkeerd en ondeskundig gebruik van de batterij kan er de
oorzaak van zijn dat deze oververhit raakt, hetgeen gasvorming of vlammen kan veroorzaken.
Opmerking: Als u de knoopcelbatterij wilt weggooien, raadpleeg dan de 'Kennisgeving lithium-
knoopcelbatterij' in Veiligheid en garantie.
De computer heeft een speciaal geheugen voor de datum, de tijd en de instellingen voor ingebouwde
voorzieningen, zoals de configuratie van de parallelle aansluiting. Dankzij een knoopcelbatterij blijft deze
informatie ook bewaard nadat u de computer hebt uitgezet.
Meestal vereist de knoopcelbatterij geen onderhoud en hoeft u deze ook niet op te laden. Een
knoopcelbatterij gaat echter niet voor altijd mee. Als de knoopcelbatterij leeg raakt, gaan de datum, tijd en
configuratiegegevens (met inbegrip van wachtwoorden) verloren. Er verschijnt dan een foutmelding wanneer
u de computer aanzet.
Vervangingsprocedure
1. Verwijder alle verbonden apparaten en kabels en schakel de computer uit.
2. Verwijder de kap van de computer. Zie 'Computerkap' op pagina 19.
3. Verwijder de frontplaat. Zie 'Frontplaat' op pagina 20.
4. Kantel de houder van het schijfstation omhoog.
.
Hoofdstuk 4
CRU vervangen
37