De VAIO-computer gebruiken >
n
34
N
De VAIO-computer gebruiken
In dit deel wordt beschreven hoe u optimaal kunt gebruikmaken van alle mogelijkheden van de VAIO-computer.
❑ Het toetsenbord gebruiken
(pagina 35)
❑ Het touchpad gebruiken
(pagina 38)
❑ De knoppen voor speciale functies gebruiken
(pagina 40)
❑ De ingebouwde camera gebruiken
(pagina 41)
❑ Het optische station gebruiken
(pagina 42)
❑ Een 'Memory Stick' gebruiken
(pagina 50)
❑ Andere modules/geheugenkaarten gebruiken
(pagina 57)
❑ Het internet gebruiken
(pagina 65)
❑ Het netwerk (LAN) gebruiken
(pagina 66)
❑ Draadloos LAN gebruiken
(pagina 67)
❑ Draadloos WAN gebruiken
(pagina 72)
❑ De Bluetooth-functie gebruiken
(pagina 76)
❑ Vingerafdrukverificatie gebruiken
(pagina 82)
❑ De TPM gebruiken
(pagina 89)