Instellingen
• N FC en betaling: u kunt met uw apparaat productinformatie in NFC-tags (near field
communication) lezen. U kunt deze functie ook gebruiken voor betalingen en om bijvoorbeeld
treinkaartjes of tickets voor evenementen te kopen. U moet dan wel eerst de daarvoor vereiste
apps downloaden. Raadpleeg
• M obiele hotspot en tethering: gebruik het apparaat als een mobiele hotspot om de mobiele
gegevensverbinding van uw apparaat met andere apparaten te delen als de netwerkverbinding
niet beschikbaar is. U kunt verbinding maken via Wi-Fi, USB of Bluetooth. Raadpleeg
hotspot en tethering
• M obiele netwerken: uw instellingen voor mobiele netwerken configureren.
• S IM-kaartbeheer: uw SIM- of USIM-kaarten activeren en de SIM-kaartinstellingen aanpassen.
Raadpleeg
SIM-kaartbeheer
• L ocatie: de instellingen voor machtigingen voor locatiegegevens wijzigen.
• M eer verbindingsinstellingen: hier kunt u instellingen aanpassen om andere functies aan te
sturen. Raadpleeg
Wi-Fi
Schakel de Wi-Fi-functie in om verbinding te maken met een Wi-Fi-netwerk en toegang te krijgen tot
internet of andere netwerkapparaten.
Verbinding maken met een Wi-Fi-netwerk
1
Tik op het scherm Instellingen op Verbindingen → Wi-Fi en tik vervolgens op de schakelaar om
deze functie in te schakelen.
2
Selecteer een netwerk in de lijst met Wi-Fi-netwerken.
Netwerken waarvoor een wachtwoord is vereist, worden weergegeven met een slotpictogram.
Geef het wachtwoord in en tik op VERBINDEN.
NFC en betaling
voor meer informatie.
voor meer informatie.
Meer verbindingsinstellingen
voor meer informatie.
voor meer informatie.
105
Mobiele