Veiligheidsmaatregelen
Lekkage, warmteontwikkeling of explosie voorkomen:
Verhit, demonteer of modificeer de batterij nooit en gooi hem niet in het vuur.
Probeer niet met een spijker te prikken, met een hamer te slaan of op de batterij te stappen.
Laat het product niet vallen en stel het niet bloot aan sterke schokken.
Maak de batterij niet nat.
Gebruik, laat en bewaar de batterij niet op de volgende plaatsen:
Ruimte blootgesteld aan direct zonlicht of hoge temperaturen en vochtigheid
In een auto onder de brandende zon
In de buurt van warmtebronnen zoals kachels
Laad alleen op met de meegeleverde USB-kabel om storingen of brand te voorkomen.
Explosiegevaar bij onjuiste vervanging van de batterij. Alleen vervangen door hetzelfde type.
Wanneer het product wordt weggegooid, moet de ingebouwde oplaadbare batterij op de juiste manier worden
weggegooid. Houd altijd rekening met het milieu en volg de plaatselijke voorschriften bij het weggooien van
batterijen.
Een batterij die onder extreem lage luchtdruk staat, wat kan leiden tot een explosie of het lekken van brandbare
vloeistof of gas.
Voor klanten in de VS
Kennisgeving van de FCC
Waarschuwing
Dit apparaat is in overeenstemming met deel 15 van de regels van de FCC. De werking is onderworpen aan de volgende
twee voorwaarden: (1) dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken en (2) dit apparaat moet elke
ontvangen interferentie accepteren, inclusief interferentie die een ongewenste werking kan veroorzaken.
Let op
Alle wijzigingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd in deze handleiding kunnen uw bevoegdheid om
dit apparaat te bedienen nietig verklaren.
Opmerking: het apparaat is getest en is in overeenstemming met de beperkingen voor een digitaal apparaat van Klasse
B, overeenkomstig deel 15 van de regels van de FCC. Deze beperkingen zijn ontworpen om een degelijke bescherming
te bieden tegen schadelijke storingen bij gebruik in een woonomgeving. Dit apparaat genereert en gebruikt
radiofrequentie en kan deze bovendien uitzenden. Indien het apparaat niet in overeenstemming met de voorschriften is
geïnstalleerd en wordt gebruikt, kan het schadelijke storingen veroorzaken aan radiocommunicatie. Er is echter geen
garantie dat storingen niet optreden in een bepaalde installatie. Als dit apparaat wel schadelijke storingen veroorzaakt
aan radio- of televisieontvangst en die storingen kunnen worden vastgesteld door het apparaat uit en aan te zetten,
wordt de gebruiker aangespoord om te proberen de storing te verhelpen door een of meer van de volgende
maatregelen:
- Verander de richting van of verplaats de antenne.
– Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger.
– Sluit het apparaat aan op een stopcontact van een ander circuit dan dat waarop de ontvanger is aangesloten.
– Raadpleeg de dealer of een ervaren monteur voor radio/tv voor hulp.
3