Zo gebruikt u uw oven
Algemene opmerkingen
Lees zorgvuldig de veiligheidsinstructies op pag. 45!
Opgelet, gevaar voor oververhitting! Bij het werken de ovenbodem niet
met aluminiumfolie bedekken of potten, pannen e.d. erop plaatsen! De
hitte zou zich ophopen, waardoor het email beschadigd raakt.
Tijdens het werken met de oven wordt de oven heet. Om de behuizing
af te koelen wordt de koelventilator ingeschakeld zodra de behuizing
warm wordt. De koelventilator blijft lopen tot de behuizing is afgekoeld -
ook als het apparaat is uitgeschakeld. Het ventilatorgeluid is een normaal
bedrijfsgeluid; er is geen sprake van een storing.
Als u een gerecht met alcohol of gist in de oven bereidt, ontstaat bij de
werkwijzen hete lucht, intensief-hetelucht en pizzastand een azijngeur.
Als deze geur u stoort, gebruik dan de andere werkwijzen, bijv. boven-/
onderverwarming.
Bedieningselementen en displays voor de oven
A Bedrijfsindicatie (geel)
B Verwarmingsindicatie
(rood)
C Werkwijzeschakelaar
D Temperaturregelaar
Schakelaarsymbolen en werkwijzen
Sym-
Werkwijze
Voorzien voor
bool
0
Uit
Verlichting
Koude-lucht-
zonder temperatuurinstelling, om behoedzaam te ontdooien
circulatie
en af te koelen.
Hete lucht
met temperatuurinstelling, om te bakken, te braden, of op
meerdere niveaus te werken.
Boven-/onder-
voorverwarmen,
verwarming
bakken en braden op één niveau
Onder-
voorbakken van zeer vochtig gebak
verwarming
Boven-
gratineren
verwarming
Grill
grillen van kleine hoeveelheden, de stukken vlees in het
midden van het braadrooster leggen.
Grill voor grote
grillen van grote hoeveelheden, bijv. steaks, vis en worstjes,
oppervlaktes
maar ook om toast en ovenschotels te gratineren
Intensief-hete-
bakken van plaatgebak met droog beleg (bijv. kruimelkoek),
lucht
intensief braden van groot gebraad en groot gevogelte, zoals
gans en kalkoen.
Pizzastand
bakken van brood, pizza en vochtig gebak, wecken.
Verwarmingsindicatie en bedrijfsindicatie
De verwarmingsindicatie op het bedieningspaneel brandt tijdens het opwarmen
en dooft uit zodra de ingestelde temperatuur is bereikt. Ze licht ook op tijdens
het werken, als de oven bijwarmt om de gewenste temperatuur te houden.
De bedrijfsindicatie brandt als u een werkwijze hebt gekozen - de oven is in
werking.
46
Oven in- en uitschakelen
De schakelaars zijn indrukbaar; ze kunnen in elke stand worden inge-
drukt. Door er even op te drukken komen ze weer naar voor. Met inge-
drukte schakelaars kunnen geen instellingen worden uitgevoerd.
Werkwijze kiezen:
– Werkwijzeschakelaar (linker scha-
kelaar) naar rechts draaien.
Temperatuur instellen:
– Temperatuurregelaar (2e scha-
kelaar van links) naar rechts draai-
en.
Oven uitschakelen:
– Draai de beide schakelaars weer op „0".
Ovenaccessoires
Bakplaten:
Bij het uitnemen lichtjes optillen.
Als ze weer zijn ingeschoven, moet de schuine kant van de platen naar de
ovendeur gericht zijn.
Druippan en bakplaat met de beide gaten naar achter in de oven schuiven.
Rooster:
Let erop dat de dwarse stang van
de roosters altijd naar achter (van
u weg) is gericht.
Grillrooster met afzonderlijk
handvat om in de druippan te
plaatsen
Het grillrooster wordt in de druippan
geplaatst. Met het handvat kunt u het
grillrooster met de druippan samen uit
de oven nemen. Er wordt niets ge-
morst en u kunt comfortabel serve-
ren.
Braadslede als spatbescherming bij het braden en grillen (toebe-
horen)
De braadslede wordt in de druippan geplaatst en verhindert dat vet uit de
druippan spat.
Inschuifhoogten
U hebt 8 inschuifhoogten in de zijroosters. De inschuifhoogten worden van 0
tot 7 van beneden naar boven geteld. In de inschuifhoogte 0 kan bijv. de druip-
pan worden geschoven.
Zijrooster:
De inschuifhoogte 0 is de laagst
mogelijke inschuifhoogte.
EEB 6200.0