3. Draai de bouten van de montagerail van de klep vast.
Opmerking: Draai de bouten aan tot 40 N·m.
4. Maak de toevoerslang achteraan en bovenaan de
hoofdtank los
(Figuur
1
7
Figuur 7
1. Borgmoer
2. Bout
3. Ring
4. Borgmoer
5. Verwijder de bevestigingsvork waarmee de fitting
vastzit en verwijder vervolgens de slang
Opmerking: Bewaar al de onderdelen.
6. Aan de achterste band verwijdert u de sluitingen
waarmee de band bovenop de tank is bevestigd.
Opmerking: Bewaar al de bevestigingsmaterialen.
7. Verwijder de binnenste borgmoer waarmee de stop van
het tankdeksel vastzit aan de linkerachterband
7).
Opmerking: Gooi het bevestigingsmateriaal weg.
8. Plaats het toebehoren voor de banden van de spoeltank.
Opmerking: Zorg dat er zich steunbouten bevinden
aan de tankbanden links en rechts achteraan. Als er
geen steunbouten aanwezig zijn, monteer dan een
slotbout door de binnenste gaten (met de schroefdraad
naar boven) van de beide tankbanden
7).
2
3
4
5
6
G028975
5. Band van de tank rechts
achteraan
6. Bevestigingsvork
7. Toevoerslang
(Figuur
(Figuur
(Figuur
8).
1. Slotbout
2. Band rechts achteraan
Opmerking: De slotbout van de linkerachtertank-
band moet door de open lus van de dekselafsluiting
van de tank gaan.
9. Plaats de bevestigingen van de band van de tank die u
eerder verwijderd hebt om de banden vast te maken
aan de tank.
Opmerking: Zorg ervoor dat de banden goed aan
de tank zijn bevestigd. Zet de banden van de tank
niet te vast.
7).
De spoeltank plaatsen
1. Plaats de spoeltank zoals wordt getoond in
1. Spoeltank
2. Monteer de banden van de spoeltank op de achterste
tankbanden; gebruik het bevestigingsmateriaal dat u
eerder verwijderd hebt
8
G014286
1
Figuur 8
3. Binnenste gat
Figuur 9
(Figuur
9).
2
3
Figuur
9.