3. Zaagblad
Nu het zaagblad is verwijderd, verwijdert u zaagsel uit de bladgroef en het smeerkanaal.
Smeer het neuswiel via het smeerkanaal aan het uiteinde van het zaagblad.
4. Overige
Controleer op brandstoflekken, loszittende onderdelen en beschadiging van belang-
rijke delen, zoals de verbindingen van de handgrepen en de bevestiging van het
zaagblad. Laat eventuele mankementen repareren voordat u de motorzaag weer
gebruikt.
PERIODIEKE ONDERHOUDSPUNTEN
1. Koelribben van de cilinder
Opeenhoping van zaagsel en stof tussen de koelribben van de cilinder kan overver-
hitting van de motor veroorzaken. Controleer en reinig de koelribben op periodieke
basis. Hiervoor moeten luchtfilter en cilinderdeksel van de motorzaag worden geno-
men. Let er bij het terugplaatsen van het cilinderdeksel op, dat de bedrading van de
schakelaar en de pakkingen op de juiste plaats zitten.
Opmerking: Dek voor de zekerheid de luchtinlaatopening af.
2. Brandstoffilter
(a) Neem het filter uit de vulopening met behulp van een haakje van ijzerdraad.
(b) Demonteer het filter en reinig het met benzine. Zo nodig door een nieuwe ver-
vangen.
22