Figuur 40
2.
Vervang de zekering in de zekeringhouder
(Figuur
41).
Figuur 41
Opmerking:
De maaimachine wordt
geleverd met een reservezekering in het
accucompartiment.
3.
Plaats het accudeksel.
Zelfaandrijving afstellen
Wanneer u een nieuwe kabel voor de zelfaandrijving
monteert of de zelfaandrijving ontregeld is, moet u de
zelfaandrijving afstellen.
1.
Draai de stelknop linksom om het
afstelmechanisme van de kabel los te
zetten
(Figuur
42).
Figuur 42
1. Handgreep (linkerzijde)
2. Stelknop
2.
Stel de kabelspanning af
kabel naar achteren of naar voren te bewegen
en hem in deze positie te houden.
g002877
g002878
g027709
3. Kabel van zelfaandrijving
(Figuur
42) door de
Opmerking:
de tractie te verhogen; trek de kabel weg van de
motor om de tractie te verkleinen.
3.
Draai de stelknop rechtsom om de afstelling van
de kabel te borgen.
Opmerking:
vast.
De tandwieloverbrenging
smeren
Onderhoudsinterval: Jaarlijks
1.
Veeg de smeernippels aan de binnenkant van
de achterwielen af met een schone doek
43).
2.
Zet een vetspuit op elke smeernippel en pomp
er voorzichtig twee of drie slagen Nr. 2 smeervet
op lithiumbasis voor algemene doeleinden in.
Het maaimes vervangen
Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren
Belangrijk:
U hebt een momentsleutel nodig om
het mes op correcte wijze te monteren. Als u geen
momentsleutel hebt of niet goed weet hoe u de
montage moet uitvoeren, kunt u contact opnemen
met een erkende servicedealer.
Controleer het mes wanneer de benzinetank leeg
is. Een beschadigd of gescheurd mes moet direct
worden vervangen. Als de snijrand bot is of bramen
vertoont, moet u het mes laten slijpen of vervangen.
1.
Maak de bougiekabel los van de
bougie; zie
Voorbereidingen voor
onderhoudswerkzaamheden (bladz.
2.
Kantel de maaimachine op de zijkant, met de
peilstok omlaag.
3.
Gebruik een blok hout om het mes stil te houden
(Figuur
44).
22
Duw de kabel naar de motor om
Draai de knop met de hand stevig
Figuur 43
19).
(Figuur
g003234