12. PROBLEEMOPLOSSING
12.1 Wat te doen in de volgende gevallen...
Neem in alle gevallen die niet in deze tabel zijn opgenomen contact op met een erkend
servicecentrum.
De oven gaat niet aan of warmt niet op
Probleem
U kunt de oven niet inschakelen of bedienen.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
Onderdelen
Probleem
De lamp werkt niet.
De draaispitset maakt geluid.
Foutcodes
Op het display verschijnt...
12:00
Als het display een foutcode weergeeft die niet in deze tabel staat, schakelt u de zekering van het
huis uit en weer in om de oven opnieuw te starten. Als de foutcode opnieuw optreedt, neemt u
contact op met een erkend servicecentrum.
12.2 Onderhoudsgegevens
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper ofeen
erkende serviceafdeling.
34/44
Controleer of de volgende zaken gelden...
De oven is juist op een elektrische toevoer
aangesloten.
De automatische uitschakeling is gedeacti‐
veerd.
De zekering is doorgeslagen.
Het kinderslot staat uit.
Controleer of de volgende zaken gelden...
De lamp is opgebrand. Neem contact op met
een erkend servicecentrum.
Er zijn voedselresten onder de draaiplateauset.
Controleer of de volgende zaken gelden...
Er is een stroomstoring geweest. Stel de dag‐
tijd in.