Ingebruikneming van het apparaat
Doseer zoveel naspoelmiddel totdat
het in de vulopening zichtbaar is.
In het naspoelmiddelreservoir kan ca.
110 ml.
Sluit het klepje en wel zo dat het dui‐
delijk vastklikt. Dit om te voorkomen
dat er tijdens het spoelproces water
in het naspoelmiddelreservoir loopt.
Veeg eventueel gemorst naspoelmid‐
del goed weg om bij de volgende af‐
wasbeurt sterke schuimvorming te
voorkomen.
Voor een optimaal reinigingsresultaat
kunt u de dosering aanpassen. Zie
hoofdstuk: "Menu "Instellingen"", pa‐
ragraaf: "Naspoelmiddel".
28
Naspoelmiddel bijvullen
Wanneer de melding
bij.
in het display verschijnt, zit er nog
een reserve in voor 2 - 3 afwasbeurten.
Vul op tijd naspoelmiddel bij.
Bevestig met de OK - toets.
De melding verdwijnt.
Wanneer u alleen maar combi-tabs
gebruikt, kunt u de bijvulcontrole voor
naspoelmiddel en zout tegelijk uit‐
schakelen. Zie hoofdstuk: "Menu "In‐
stellingen"", paragraaf: "Bijvulcontro‐
le".
Wanneer u geen combi-tabs meer
gebruikt, denk er dan aan om zout
en naspoelmiddel te doseren en de
bijvulcontrole weer in te schakelen.
Vul naspoelmid.