Voorkomen dat het onderwerp niet scherp is
In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn om scherp te stellen op het
onderwerp:
-
Er is weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond
(als het onderwerp bijvoorbeeld kleren draagt met kleuren die lijken op de
achtergrondkleur).
-
De lichtbron achter het onderwerp is te fel.
-
Het onderwerp glanst of weerspiegelt.
-
Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het geval is.
-
Het onderwerp bevindt zich niet in het midden van het kader.
De scherpstelvergrendeling gebruiken
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Wanneer het
onderwerp scherp in beeld is, kunt u het kader verschuiven om de
compositie aan te passen. Druk wanneer u klaar bent de [Ontspanknop]
volledig in om een foto te maken.
•
Als u foto's maakt bij weinig licht
•
Als onderwerpen snel bewegen
41
Basisfuncties
Schakel de flitser in.
(pag. 61)
Gebruik de functie
Serieopname of
Bewegingsopname.
(pag. 73)