IN S T A LLA TIE H A N DLE ID IN G
5.11.2 Restrictieschuif
De restrictieschuif (R) moet op de juiste positie worden afgesteld (zie Bijlage 3, afb. 12).
Ga als volgt te werk:
Ø
Verwijder de ruit, zoals beschreven in paragraaf 5.10.1.
Ø
Verwijder de 4 parkers uit de plaat (P) boven in de verbrandingskamer (zie Bijlage 3, afb. 11).
Ø
Verwijder de plaat (P).
De restrictieschuif dient op de juiste manier geplaatst worden. Volgt daarom exact de aanwijzingen in Bijlage 3, afb.
!Let op
12.
Ø
Draai de 2 parkers enkele slagen los, maar niet helemaal los.
Ø
Stel de stand van de restrictie in volgens tabel 4, 5 en 6:
In de restrictieschuif worden 5 van de 6 mogelijke standen weergegeven door 6 uitgesneden letters. De B, C, D en E
komen overeen met de letters in tabel 5, De O staat vermeld in tabel 4.
Ø
Zorg ervoor dat de punt van de driehoek behorende bij de door u gewenste stand en het midden van de parker
exact in één lijn liggen.
Bij restrictie E dient de restrictieschuif volledige naar voren gezet te worden.
!Let op
Ø
Draai de 2 parkers nu vast.
Bij stand A dient de restrictieschuif volledig uit de verbrandingskamer verwijderd te worden. Ga als volgt te werk:
Ø
Draai de 2 parkers van de restrictieschuif uit de verbrandingskamer (zie Bijlage 3, afb. 12).
Ø
Verwijder de restrictieschuif (R).
Ø
Draai de parkers terug in de verbrandingskamer.
•
De parkers van de restrictieschuif moeten terug in de verbrandingskamer gedraaid zijn.
!Let op
•
Gooi de restrictieschuif niet weg, deze is in de toekomst mogelijk nog nodig.
Ø
Plaats de plaat (P) terug in de verbrandingskamer.
Ø
Draai de 4 parkers terug in de plaat (P).
13