Eerste uitgave • Eerste druk
12 Draai het contactslot naar platformbediening.
Verplaats vanaf de platformbediening de
rij-joystick in voorwaartse richting en beweeg de
tuimelschakelaar 'as uitschuiven'.
Resultaat: De machine dient te gaan rijden en de
assen dienen te worden uitgeschoven. De
indicatielampjes 'as uitschuiven' en 'as
inschuiven' knipperen wanneer de assen
bewegen, en het lampje 'as uitschuiven' blijft
branden wanneer de assen volledig zijn
uitgeschoven.
13 Ga terug naar de grondbediening. Draai het
contactslot naar grondbediening.
14 Houd de functie-inschakelknop ingedrukt. Druk
dan op de knop 'arm op' en vervolgens op de
knop 'arm neer'.
Resultaat: De arm dient normaal omhoog te
worden gebracht en neer te worden gelaten.
15 Houd de functie-inschakelknop ingedrukt. Druk
dan op de knop 'arm uitschuiven' en vervolgens
op de knop 'arm inschuiven'.
Resultaat: De arm dient normaal te worden uit-
en ingeschoven.
16 Houd de functie-inschakelknop ingedrukt. Druk
dan op de knop 'draaitafelrotatie naar links' en
vervolgens op de knop 'draaitafelrotatie naar
rechts'.
Resultaat: De draaitafel moet normaal draaien.
17 Houd de functie-inschakelknop ingedrukt. Druk
dan op de knop 'jib uitschuiven' en vervolgens op
de knop 'jib inschuiven'.
Resultaat: De jib dient normaal te worden uit- en
ingeschoven.
Onderdeelnr. 1273021DU
Machinefuncties testen
18 Druk niet de functie-inschakelknop in. Probeer
elke arm- en platformfunctieknop te activeren.
Resultaat: Geen enkele arm- of platformfunctie
mag in werking treden.
19 Houd de functie-inschakelknop ingedrukt en
activeer elke functieknop voor de arm- en
platformfuncties.
Resultaat: Alle arm- en platformfuncties dienen
een volledige cyclus te doorlopen. Het daalalarm
dient te klinken terwijl de arm wordt neergelaten.
Noodbediening testen
20 Druk de rode noodstopknop in naar de stand 'uit'
om de motor uit te schakelen.
21 Trek de rode noodstopknop uit naar de stand
'aan'.
22 Houd de noodvoedingsknop
ingedrukt en druk tegelijkertijd op
elke armfunctieknop.
Opmerking: Test elke functie gedurende een
gedeeltelijke cyclus om accu's te sparen.
Resultaat: Alle armfuncties dienen in werking te
treden.
23 Start de motor.
SX-135 XC
Bedieningshandleiding
Inspecties
31