nl Reiniging en onderhoud
¡ Om de bereidingstijd te verkorten:
– Een snelkookpan gebruiken, om crèmes en peul-
vruchten te koken. Gebruikt u een snelkookpan,
houd u dan aan de aanwijzingen van de produ-
cent.
– Voordat u pasta, rijst of aardappels toevoegt,
moet het water koken. Pas vervolgens de vermo-
gensstand aan om verder te gaan met de berei-
ding.
– Gebruik bij het koken van rijst en aardappels een
deksel.
Vermo-
Bereiding van gerechten
gens-
stand
9
¡ Water aan de kook brengen
¡ In het waterbad bakken: biscuit, pud-
ding, broodpudding.
¡ Braden bij hoge temperatuur: Aziati-
sche gerechten.
7-9
¡ Kookproces starten: pasta, soepen,
crèmes, paella, peulvruchten, rijstepap.
¡ Frituren in olie: tempura-groente, kro-
ketten, frites, aardappelomelet, schnit-
zel, diepvrieskost, gebak.
¡ Braden met weinig olie: Franse omelet,
steak, lendensteak Stroganoff.
¡ Braden, aanbraden: groente, vlees.
9 Reiniging en onderhoud
Reinig en onderhoud uw apparaat zorgvuldig om er
voor te zorgen dat het lang goed blijft werken.
9.1 Reinigingsmiddelen
Geschikte reinigingsmiddelen zijn verkrijgbaar bij de
klantenservice of in de online-shop.
LET OP!
Ongeschikte reinigingsmiddelen kunnen de oppervlak-
ken van het apparaat beschadigen.
Geen scherpe of schurende reinigingsmiddelen ge-
▶
bruiken.
Gebruik geen staalwol.
▶
Gebruik geen messen of scherpe voorwerpen, om
▶
aangekoekte etensresten van de kookplaat te ver-
wijderen.
Geen messen of scherpe voorwerpen gebruiken,
▶
om de verbinding tussen het metaal met de glazen-
of aluminium plaat te reinigen.
Gebruik geen stoomreinigers.
▶
9.2 Het apparaat reinigen
LET OP!
Wanneer de bedieningsknop tijdens het reinigen van
het apparaat wordt verwijderd, kan er vocht binnendrin-
gen en het interieur van het apparaat beschadigen.
Verwijder bij het reinigen van het apparaat de bedie-
▶
ningselementen niet.
Laat het apparaat afkoelen.
1.
Reinigen met een spons, zeep en water.
2.
Drogen met een zachte doek.
3.
10
Vermo-
Bereiding van gerechten
gens-
stand
4-6
¡ Kookproces voortzetten: pasta, soepen,
crèmes, paella, peulvruchten, rijstepap.
¡ Frituren met weinig olie: hamburger,
worstjes, gegrilde zalm, frikadellen.
¡ Eenpansgerecht, gestoofd vlees: ra-
gout, goulash, ratatouille.
¡ Bereiden bij gemiddelde temperatuur:
kaassaus, bechamel, carbonara, napo-
litana, pudding, crêpes.
¡ Ontdooien: diepvriesproducten.
3-1
¡ Gaar koken: rijst, paella, peulvruchten,
rijstepap.
¡ Stomen, vis, groente.
¡ Opwarmen en warmhouden: klant-en-
klaargerechten.
1
Smelten: boter, chocolade, gelatine, ho-
ning, karamel.
Tip: Gemorste vloeistoffen direct verwijderen. Daardoor
wordt het aankoeken van etensresten voorkomen en
de inspanning bij het aansluitend reinigen aanzienlijk
gereduceerd.
9.3 De branders reinigen
Reinig het oppervlak van de branderonderdelen na elk
gebruik. Zo voorkomt u dat etensresten inbranden.
LET OP!
De branderonderdelen kunnen beschadigd worden als
u deze in de vaatwasser reinigt.
Reinig de branderonderdelen niet in een vaatwas-
▶
ser.
Opmerking: Houd de aanwijzingen voor het gebruik
van de reinigingsmiddelen aan.
→ "Reinigingsmiddelen", Pagina 10
Laat het apparaat afkoelen.
1.
Reinigen met een niet metalen borstel en zeepsop.
2.
Laat het apparaat volledig drogen. Wanneer er bij
3.
aanvang van het koken waterdruppels of vochtige
gebieden aanwezig zijn, dan kan het email bescha-
digd raken.
De branderonderdelen plaatsen. Verifieer dat de
4.
branderdeksels correct op de verdelers zijn geposi-
tioneerd.
→ "Branders", Pagina 7