Basisfuncties
3
Wanneer Gereed wordt weergegeven op het voorbeeldscherm, tikt u op
Aanpassingsbalk voor
achtergrondvervaging
• Gebruik deze functie op een plaats met voldoende licht.
• In de volgende omstandigheden wordt de achtergrondvervaging mogelijk niet correct toegepast:
–
Het apparaat of het onderwerp beweegt.
–
Het onderwerp is dun of transparant.
–
Het onderwerp heeft een vergelijkbare kleur als de achtergrond.
–
Het onderwerp of de achtergrond is effen.
Super slow-mo-stand
Super slow motion is een functie waarmee u een vluchtig moment langzaam kunt opnemen, zodat u er later
extra van kunt genieten.
Tik in de lijst met videostanden op MEER → SUPER SLOW-MO en tik op
1
Het apparaat legt het moment vast in super slow motion en de opname wordt opgeslagen als een video.
2
Tik op het voorbeeldscherm op de voorbeeldminiatuur en tik op Super slow-mo-video afspelen.
Als u het super slow motion-gedeelte wilt bewerken, tikt u op → Editor en sleept u de bewerkingsbalk
van het gedeelte naar links of rechts.
Gedeelte voor slow motion
Gebruik deze functie op een plaats met voldoende licht. Wanneer u binnen een video opneemt met
onvoldoende of slecht licht, kan het scherm donker of korrelig lijken. Het scherm kan onder bepaalde
lichtomstandigheden knipperen, bijvoorbeeld op plaatsen met tl-licht.
Startgreep
Bewerkingsbalk van sectie
Eindgreep
39
om een foto te maken.
om een video op te nemen.