Audioproblemen
Probleem
De audio kan niet met het besturingssysteem
van Windows worden afgespeeld.
Er komt geen geluid uit de headset of
hoofdtelefoon.
Het geluid komt uit een van de externe
luidsprekers.
Oplossing
• Als u externe luidsprekers met eigen voeding en een aan/uit-knop
gebruikt, zorg dan voor het volgende:
– De aan/uit-knop is ingesteld in de Aan-stand.
– De voedingskabel van de luidspreker is aangesloten op een
voldoende geaard, werkend stopcontact (wisselstroom).
• Als de externe luidsprekers een volumeregeling hebben, controleer
dan of het volume niet te laag is ingesteld.
• Klik op het volumepictogram in het Windows-systeemvak op de
taakbalk. Controleer de instellingen van de luidspreker en het
volume. Demp de luidspreker niet en stel het volume niet te laag in.
• Als uw computer een audiopaneel aan de voorzijde heeft,
controleert u of het volume niet te laag is ingesteld.
• Controleer of de externe luidsprekers (of de hoofdtelefoon) zijn
aangesloten op de juiste audio-aansluiting van de computer. De
meeste luidsprekerkabels zijn voorzien van een kleur die hetzelfde
is als de kleur van de audioaansluiting.
Opmerking: Wanneer u kabels voor externe luidsprekers of
koptelefoons aansluit op de audiopoort, wordt de eventueel
aanwezige interne luidspreker daardoor uitgeschakeld. In de
meeste gevallen wordt door het installeren van een geluidskaart, in
een van de uitbreidingssleuven, de op de systeemplaat
ingebouwde audiofunctie uitgeschakeld. U dient dan gebruik te
maken van de audio-aansluitingen van de adapter.
• Controleer of het programma dat u gebruikt, is bedoeld voor
gebruik onder het besturingssysteem Microsoft Windows. Indien
het programma zo is ontworpen dat het in DOS wordt uitgevoerd,
wordt de geluidfunctie van Windows niet gebruikt. Het programma
moet worden geconfigureerd voor gebruik van SoundBlaster Pro of
SoundBlaster-emulatie.
• Controleer of de audiostuurprogramma's goed zijn geïnstalleerd.
1. Sluit het programma af dat gebruikmaakt van het
geluidsapparaat (bijv. Windows Media Player).
2. Klik met de rechtermuisknop op het volumepictogram in het
Windows-systeemvak op de taakbalk.
3. Klik op Afspeelapparaten.
4. Selecteer de headset of koptelefoon en klik dan op Als
standaard instellen.
5. Klik op OK.
• Zorg dat de luidsprekerkabel correct en stevig is aangesloten in de
poort van de computer.
• Controleer of de kabel die de luidsprekers met elkaar verbindt,
goed is bevestigd.
• Controleer of de balans goed is ingesteld.
1. Klik met de rechtermuisknop op het volumepictogram in het
Windows-systeemvak op de taakbalk. Klik vervolgens op
Volumemixer openen en selecteer de gewenste luidspreker.
Hoofdstuk 6
.
Diagnose, probleemoplossing en herstel
31