Vetafscheider
Installatie
Eisen aan de ledigingsleiding:
Ledigingsleidingen als druk- of zuigleidingen moeten minstens met drukklasse PN 6 worden
n
uitgevoerd. Gebruik trekvaste verbindingen voor de afzonderlijke buizen en fittingen.
Ledigingsleidingen moeten in een corrosiebestendig materiaal (bijv. kunststofbuizen
n
van PE, PP) zijn uitgevoerd.
De ledigingsleiding moet tussen de vetafscheider en het overgavepunt (ledigingsvoertuig)
n
constant stijgend verlopen; richtingswijzigingen van de leiding moeten met behulp van
90°-bochten met een zo groot mogelijke radius worden uitgevoerd.
Zorg ervoor dat de diameter van de ledigingsleiding indien mogelijk tot aan het
n
overgavepunt (ledigingsvoertuig) gelijk blijft. Zuigleidingen moeten minstens DN 65
hebben.
Eisen aan de drinkwateraansluitleiding:
ATTENTIE Neem de nationale verordeningen voor de aansluiting van de vuleenheid op
het drinkwaternet in acht.
Een permanente wateraansluitleiding voor het vullen van de vetafscheider moet over een
n
vrije uitstroom overeenkomstig de wettelijke voorschriften beschikken. ACO-vetafscheiders
met vuleenheid voldoen aan deze eisen. Voor de vuleenheid is een drinkwateraansluiting
R ¾ vereist. De ingebouwde drukregelaar is op 4 bar ingesteld.
In de wateraansluitleiding moet indien mogelijk een afsluiter worden geïnstalleerd.
n
3.1.3 Aansluiting van een retourleiding
Om geuroverlast bij de lediging te voorkomen dient de afvoerlucht van de zuigwagen via
een retourleiding boven het dak te worden afgevoerd.
Als een aansluiting van de retourleiding op de ventilatieleiding (7) niet mogelijk is, kan een
aansluiting direct op de vetafscheider worden aangebracht, dan moet de ontluchting wel
goed zijn aangebracht worden om dat anders de stanksloten in de keuken weggezogen
worden.
retourleiding
18
ledegingsleiding