Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Na Gebruik; Veiligheid Na Het Werk; De Onderkant Van De Machine Reinigen - Toro 20955 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor 20955:
Inhoudsopgave

Advertenties

verwijderen (indien de machine hiermee is
uitgerust) en de machine op beschadiging
controleren.
De beste resultaten krijgt u door een nieuw mes te
monteren voordat het maaiseizoen begint.
Vervang indien nodig het maaimes door een Toro
mes.
Gras maaien
U moet telkens niet meer dan ongeveer één derde
van de grassprieten afmaaien. Maai niet met een
stand lager dan 51 mm, tenzij de grasmat dun is,
of als het laat in het najaar is wanneer het gras
langzamer begint te groeien.
Als u gras wilt maaien dat langer dan 15 cm is,
moet u maaien op de maximale maaihoogte en
met een langzamere loopsnelheid. Vervolgens
gaat u maaien op een lagere maaihoogte om het
gazon een zo fraai mogelijk uiterlijk te geven. Als
het gras te hoog is, kan de machine verstopt raken
en de motor afslaan.
Nat gras en natte bladeren gaan aankoeken,
waardoor de maaimachine verstopt kan raken of
de motor kan afslaan. Gebruik de machine niet in
vochtige omstandigheden.
Wees bedacht op het risico van brand in zeer
droge omstandigheden; neem alle plaatselijke
brandwaarschuwingen in acht en houd de machine
vrij van droog gras en bladafval.
Maai steeds in wisselende richtingen. Hierdoor
wordt het maaisel beter over het gazon verstrooid,
zodat het gazon gelijkmatig wordt bemest.
Als u met het uiterlijk van het voltooide gazon niet
tevreden bent, probeer dan een of meer van de
volgende stappen:
– Vervang het maaimes of laat het slijpen.
– Loop langzamer tijdens het maaien.
– Stel de maaimachine in op een hogere
maaihoogte.
– Maai het gras vaker.
– Laat de maaibanen overlappen in plaats van
steeds een volledig nieuwe baan te maaien.
Bladeren fijnmaken
Na het maaien moet altijd 50% van het gazon
zichtbaar blijven door de bladerlaag. Dit kan een of
meerdere rondgangen over de bladeren vereisen.
Als er een laag bladeren van meer dan 13 cm
op het gazon ligt, moet u eerst met een hogere
maaihoogte werken en vervolgens nogmaals
maaien op de gewenste hoogte.
Als de maaimachine de bladeren niet fijn genoeg
maakt, is het beter om wat langzamer te maaien.

Na gebruik

Veiligheid na het werk

Algemene veiligheid
Schakel altijd de machine uit, verwijder de
elektrische startknop (indien de machine
hiermee is uitgerust), wacht totdat alle
bewegende onderdelen tot stilstand zijn
gekomen en laat de machine afkoelen
voordat u ze afstelt, schoonmaakt, stalt of er
onderhoudswerkzaamheden aan verricht.
Verwijder gras en vuil van de machine om brand te
voorkomen. Neem gemorste olie of brandstof op.
Bewaar de machine of brandstofhouder nooit bij
een open vlam, vonk of waakvlam bij bv. een
geiser of andere apparaten.
De machine veilig vervoeren
Verwijder de elektrische startknop (indien de
machine hiermee is uitgerust) voordat u de
machine inlaadt om te vervoeren.
Wees voorzichtig bij het in- of uitladen van de
machine.
Zet de machine vast zodat ze niet kan gaan rollen.
De onderkant van de
machine reinigen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Om de beste resultaten te verkrijgen, dient u de
machine te reinigen zodra u klaar bent met maaien.
1.
Plaats de maaimachine op een vlakke en
verharde ondergrond.
2.
Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u
de bestuurderspositie verlaat.
3.
Zet de machine in zijn laagste maaistand. Zie
De maaihoogte instellen (bladz.
4.
Reinig het gebied onder de achterklep, waar het
maaisel van de onderzijde van de machine naar
de grasvanger gaat.
Opmerking:
de hendel voor optioneel grasvangen (indien
aanwezig) met de hendel helemaal naar voren
en helemaal naar achteren.
5.
Bevestig een tuinslang die aangesloten is op
een kraan aan de wasaansluiting
17
12).
Reinig de machine rondom
(Figuur
20).

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

20956

Inhoudsopgave