11
branden.
B. Reinig het oppervlak van het apparaat voorafgaand aan het gebruik. Veeg
het apparaat schoon met alcoholdoekjes van 75% en laat het aan de lucht dro-
gen of veeg het droog. Zorg ervoor dat er geen vloeistof in het apparaat komt.
C. Verwijder de batterijen als de oximeter langer dan 7 dagen niet wordt ge-
bruikt.
D. Om het apparaat te bewaren wordt een omgevingstemperatuur van -20ºC
tot 60ºC, een relatieve vochtigheid van 10% tot 95% en een luchtdruk van:
50kPa~107.4kPa.
E. De pulsoxymeter wordt vóór de verkoop in de fabriek gekalibreerd, dus het is
niet nodig om deze tijdens de levenscyclus te kalibreren. Als de nauwkeurigheid
echter routinematig gecontroleerd moet worden, kan de gebruiker dit zelf met
behulp van een SpO2-simulator uitvoeren, of dit door een plaatselijke externe
testinstantie laten doen.
7.1 Reinigings- en desinfectievoorschriften
Reinig de oppervlakte van de sensor met een zachte doek die is bevochtigd
met een oplossing van bijvorbeeld 75% isopropylalcohol. Als er slechts geringe
desinfectie nodig is, gebruikt dan een milde bleekmiddeloplossing.
Reinig het oppervlak vervolgens met een zachte doek die ALLEEN met schoon
water is bevochtigd en laat het aan de lucht drogen of veeg het droog.
Opgelet: niet steriliseren met behulp van stralingsstoom of ethyleenoxide. Ge-
bruik de pulsoxymeter niet als er beschadigingen te zien zijn
Het apparaat mag niet bij hoge druk gesteriliseerd worden. Dompel het
apparaat niet onder in vloeistoffen.
Aanbevolen wordt om het apparaat te bewaren in een droge omgeving te
bewaren
8. PROBLEEMOPLOSSINGEN
Probleem
De SpO2
en de hartslag
worden instabiel
weergegeven
Mogelijke oorzaak
1. De vinger zit niet ver
genoeg in het apparaat.
2. De vinger trilt of de patiënt
beweegt.
NEDERLANDS
Oplossing
1. Plaats de vinger goed
in het apparaat en probe-
er het opnieuw.
2. Laat de patiënt kalm
blijven.