BEDIENING VAN HET APPARAAT
1. Draai de waterkraan open.
2. Steek de stekker in het stopcontact.
3. Druk op toets
in te schakelen.
4. Plaats het wasgoed in de machine.
WASGOED IN DE MACHINE DOEN
1. Open de deur van het apparaat.
2. Plaats het wasgoed een voor een in
de trommel. Schud de items voor u
ze in de wasautomaat plaatst. Zorg
WASMIDDEL EN ADDITIEVEN (WASVERZACHTER,
VLEKKENMIDDEL) TOEVOEGEN
1
om het apparaat
Het wasmiddelvakje van de voorwasfase en het inweekprogram-
ma.
Voeg inweek- en voorwasmiddelen toe voordat u het programma
start.
Het vakje voor het wasmiddel van de wasfase.
Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor het
starten van het programma te plaatsen.
5. Gebruik de juiste hoeveelheid was-
middelen en toevoegingen.
6. U dient het juiste programma in te
stellen en te starten voor het type
lading en de mate van vervuiling.
ervoor dat u niet te veel was in de
trommel plaatst.
3. Sluit de deur.
Zorg ervoor dat er geen wasgoed tus-
sen de deur blijft klemmen. Er kan wa-
terlekkage of beschadigd wasgoed ont-
staan.
NEDERLANDS
15