5.2 Bediening
•
Maak het apparaat voor het eerste gebruik schoon in overeenstemming met de
aanwijzingen uit hoofdstuk 6 "Reiniging".
•
Sluit het apparaat aan op een geschikt enkelvoudig stopcontact.
•
Schakel de plaat in met de tuimelschakelaar. Deze bevindt zich op de achterkant
van het apparaat.
•
Stel de gewenste temperatuur in (tot 95
het apparaat. Het rode controlelampje gaat branden.
•
Op het moment dat de ingestelde temperatuur wordt bereikt, dooft het rode
controlelampje. Wanneer de hete plaat afkoelt, gaat het rode controlelampje
opnieuw branden en wordt de plaat opnieuw verwarmd. De elektrische
warmhoudplaat is dankzij deze functie beschermd tegen oververhitting.
HEET OPPERVLAK!
Tijdens het gebruik wordt de oppervlakte van het apparaat erg heet.
Raak de oppervlakte niet met blote handen aan.
VOORZICHTIG!
De warmhoudplaat is niet geschikt voor het direct op de plaat koken en
warmhouden van gerechten. Gebruik geschikte GN-containers!
•
Doe de warme gerechten in een geschikte GN-container (GN 1/1 of GN 2/1)
en plaats deze op de hete plaat. Doe het deksel op de container.
TIP!
De gerechten blijven veel langer warm wanneer ze zijn afgedekt.
•
Controleer voordat u het gerecht op de warmhoudplaat zet, of de plaat op een
vlakke en stabiele ondergrond staat om verschuiven of omvallen van de containers
met gerechten te voorkomen.
VOORZICHTIG!
De elektrische warmhoudplaat nooit verzetten terwijl de gerechten er nog op
staan! Haal de gerechten er eerst af!
Gebruik beschermende handschoenen bij het afhalen van de containers!
Gebruik de handgrepen om de hete warmhoudplaat te verplaatsen.
•
Koppel het apparaat los van het lichtnet (trek de stekker eruit!) als u het niet meer
gebruikt.
- 96 -
°
C) met de regelaar op de voorkant van