Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Speciale Effecten; Reverb - Behringer X V-AMP LX1-X Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

10
X V-AMP LX1-X Gebruiksaanwijzing
De PS-5 Shifter (1) zorgt voor een vast interval van meerdere halve tonen ten
opzichte van het ingangssignaal. Bij de T-Arm Simulation (2) wordt dit interval
alleen dan actief, als pedaaltoets (18) wordt ingedrukt. De snelheid waarmee het
interval wordt bereikt, wordt door middel van de TAP-toets bepaald.
Bij het Wahmmy-effect (3) is de verstemming afhankelijk van de positie van het
pedaal (pedaal boven = originele toonhoogte, pedaal beneden = met parameter
2 ingesteld interval).
Het Detune-effect (4) zorgt anders dan de Pitch Shifter voor een licht
verstemmingsinterval van een fractie van een halve toon en klinkt ongeveer
zoals een "staande" Chorus.
De tweede parameter regelt de verstemming:
voor de modellen 1 tot 3 (-12/-7/-5/-3/+3/+4/+5/+7/+12 halve tonen),
voor model 4 (-20 tot +20 % van een halve toon).
De derde parameter selecteert tussen de verschillende effectmodellen:
Pitch Shift (1), T-Arm (2), de Whammy (3) en de Detune (4).
Aangezien de Pitch Bend-effecten 2 en 3 met het Expressionpedaal
worden bediend, is dit tijdelijk niet voor andere functies beschikbaar,
zoals bijv. Wah Wah. In dit geval licht de Pedal Assign Effect-LED.
TREMOLO: De simulatie van de klassieke Fender DeLuxe-tremolo, van een Vox
AC 15-tremolo en een Gate-tremolo. Sinds de Trip Hop is dit effect van volume-
modulatie weer helemaal in.
De tweede parameter regelt in hoeverre de modulatiesnelheid
volume afhankelijk is: Hard ingangssignaal = snellere modulatie,
zacht ingangssignaal = langzamere modulatie.
De derde parameter geeft de mogelijkheid tussen de verschillende types tremolo,
Fender (1), Vox (2), Gate (3) en Panning (4), om te schakelen.
ROTARY: Dé simulatie van het klassieke orgeleffect, dat normaal met een
ontzettend zware kast met langzaam of snel ronddraaiende luidsprekers
wordt gecreëerd. Men benut hierbij een natuurkundige superpositie van het
dopplereffect (frequentie-modulatie) in combinatie met een amplitudemodulatie
van het signaal.
De tweede en derde parameters regelen de klank van de modulatie.
FLANGER: De Engelse uitdrukking "Flange" betekent "geluidsbandspoel".
Oorspronkelijk werd het Flanger-effect met twee geluidsbandmachines gemaakt
die synchroon liepen. Op beide machines werden dezelfde signalen opgenomen
(bijv. een gitaarsolo). Als er dan een vinger op de linker spoel van één van de
machines wordt gelegd, zorgt dit voor het afremmen van de spoel en zodoende
van de afspeelsnelheid. Uitstekende vertegenwoordigers van dit soort effect zijn
bijv. de Ultra Flanger van de BF-3 van Boss (1), de klassieke BF-2 (2) en de Flangers
van MXR (3) en A/DA (4).
De tweede parameter regelt de resonantie, dus de terugkoppeling van het effect
naar de ingang, de derde parameter selecteert het model Flanger (1 - 4).
CHORUS: Dit effect voegt een lichte verstemming aan het originele signaal toe.
Zo ontstaat in combinatie met een toonhoogtevariatie een aangenaam zwevend
effect. Eén van de meest uitgebreide studio-choruseffecten was de Tri Stereo
Chorus, met 12 (!) stemmen die ten opzichte van elkaar worden gemoduleerd en
die de X V-AMP in twee variaties (1, 2) op voorraad heeft. Twee andere klassiekers
zijn de Boss Chorus Ensemble CE-1 (3) en de Roland Dimension D (4).
De tweede parameter regelt de modulatiediepte (Depth), de derde parameter
selecteert het Chorus-model (1 - 4). Het modulatietempo (Speed) kan via de
TAP-toets worden bewerkt. Hoge Depth- en Speed-waardes geven een duidelijke
verstemming (zeurende klank) van het signaal.
AUTO WAH: Vooral de amerikaanse jaren zeventig funk wist goed van alle
toepassingsmogelijkheden van de Wah Wah gebruik te maken. In plaats van met
de voet wordt de filterfrequentie van de Auto Wah bij ons effect afhankelijk van
de signaalsterkte automatisch gestuurd en lijkt zodoende op de EHX MuTron III in
de Up-stand.
De tweede parameter bepaalt hoe snel het filter wordt verschoven;
de derde selecteert het effectbereik (1 - 4).
P-FUNK'N: Dit omgekeerde Auto Wah-effect simuleert de legendarische
MuTron III. Degene die het meest bekend is geworden met dit effect is denkelijk
Bootsy Collins. De MuTron III beschikte over een up/down-schakelaar. Hier lijkt
het effect op de MuTron in de down-stand.
De tweede parameter bepaalt hoe snel het filter wordt verschoven, de derde
selecteert het effectbereik (1 - 4).

6.1.3 Speciale effecten

WAH WAH: De legendarische Wah Wah is vooral door Jimi Hendrix beroemd
geworden. Dit effect uit te leggen is beslist ingewikkelder, dan eenvoudig
Hendrix' Voodoo Chile eens te beluisteren.
De Wah Wah is niet beschikbaar als Auto Wah, P-Funk'n of Pitch Bend
worden gebruikt.
COMPRESSOR: Onze simulatie is gebaseerd op de bekende MXR Dyna Comp.
Een compressor begrenst de dynamiekomvang van de muziek doordat er een
verlaging van het niveau plaatsvindt zodra er een bepaalde drempelwaarde
(Threshold) wordt overschreden. Met de compressor kunnen ook sterke en
creatieve klankeffecten worden bereikt. De activiteit van de compressor wordt
door middel van de ADJUST-regeling bepaald en maakt een schijnbare verlenging
van de wegstervende toon mogelijk (Sustain). Als de ADJUST-knop helemaal naar
links gedraaid is, staat de compressor uit.
De tweede parameter (Attack) bepaalt, hoe lang de compressor nodig heeft tot
hij op het overschrijden van de drempelwaarde reageert. Een kort ingestelde
Attack-tijd betekent, dat de compressor bijzonder vroeg reageert en al de aanslag
van de toon comprimeert.
NOISE GATE: De Noise Gate wordt gebruikt om ruis of andere stoorgeluiden
te verwijderen c.q. te reduceren. Vooral het gitaarsignaal is bijzonder gevoelig
voor storende geluiden. Ten eerste wordt er vaak met hoge Gain-instellingen
gewerkt en ten tweede kunnen de elementen van de gitaar ongewenste
bijgeluiden versterken.
Vooral bij pauzes in het spel wordt duidelijk, wat er zoal voor onaangename
geluiden kunnen optreden. Hoe werkt een Noise Gate? Bij pauzes in het spel
wordt het signaal eenvoudig stilgezet. Daarmee verdwijnt natuurlijk ook
gelijk de ruis.
Het punt waarop het Noise Gate actief wordt, bepaal je met de ADJUST-regeling.
Zodoende kun je voor een meer of minder sterke onderdrukking van bijgeluiden
kiezen. Als de ADJUST-knop helemaal naar links gedraaid is, staat het
Noise Gate uit.
De tweede parameter (Release) bepaalt de tijd die het Noise Gate open blijft
staan, nadat de waarde onder de drempel gekomen is. Een korte release
tijd betekent dat het Noise Gate het signaal eventueel nog tijdens het
wegsterven afkapt.

6.2 Reverb

De Reverb hoort bij de galmeffecten. Galm is nog altijd het belangrijkste effect
in een eindmix of bij een live-evenement. BEHRINGER heeft je vier verschillende
galm programma's te bieden, zodat je in elke situatie over de passende Reverb
kunt beschikken:
Ambience: korte ruimte-simulatie zonder nagalm.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave