13.0 PROBLEEM ANALYSE
Probleem
Teveel schade aan de te
bewerken ondergrond
De vibrerende vulkouters
werken niet.
Nokken koppeling (Verti-
Quake) / Slipkoppeling van
de PTO slaat te vaak door
Machine wil tractor vooruit
duwen.
Sleuven niet voldoende
afgevuld.
Transportband draait niet.
Messen brengen teveel
grond naar boven.
22
Mogelijke oorzaak
−
Messen zijn krom/beschadigd.
−
Niet recht gereden.
−
Bodem is te nat.
−
Machine te diep afgesteld.
−
De slipkoppeling van de PTO
slipt door.
−
Tandwielkast beschadigd.
−
Nokkenkoppeling versleten.
−
Slipkoppeling versleten.
−
Teveel stenen.
−
Grond te hard.
−
Rijsnelheid te hoog.
−
PTO toerental te laag.
−
Te lichte tractor.
−
Geen vierwielaandrijving.
−
Tractor slipt door onvoldoende
druk op trekhaak.
−
Te hard gereden.
−
Vulkouters niet vol met zand.
−
Kouterpennen staan te diep
afgesteld.
−
Invulmateriaal te verklevend.
−
Aandrijfrol van de
transportband slipt.
−
Smoring staat dicht.
−
Hydraulische motor defect.
−
Messen krom.
−
Te natte bodem.
Oplossing
−
Messen richten.
Nieuwe messen monteren.
−
Probeer recht te rijden.
−
Stel het werk uit tot de bodem
voldoende droog is.
−
Stel de machine ondieper af. (Zie
Hs.7.0)
−
Controleer de slipkoppeling van
de PTO (Zie ook Hs.5.3)
−
Repareer of vervang de
tandwielkast.
−
Vervang Nokkenkoppeling.
−
Stel de slipkoppeling af of
vervang (Zie ook Hs.5.0)
−
Pas werkdiepte aan.
−
Pas werkdiepte aan.
−
Pas rijsnelheid aan.
−
Voer PTO toerental op.
−
Verzwaar tractor of kies een
andere tractor.
−
Schakel vierwielaandrijving in.
−
Breng druk op trekhaak door de
pennen van de aanslagcylinders
te verstellen. (Zie punt 13
Hs.11.0)
−
Rij langzamer.
−
Schakel de transportband vaker
in.
−
Verstel kouterpennen. (Zie
Hs.7.2)
−
Gebruik droger of ander
materiaal.
−
Span de transportband (Zie
Hs.14.3)
−
Verstel de smoring (Zie Hs.7.2)
−
Repareer of vervang hydraulische
motor.
−
Messen richten.
Nieuwe messen monteren.
−
Stel het werk uit tot de bodem
droger is.