Veiligheidsmaatregelen
Lees deze veiligheidsmaatregelen zorgvuldig door om correct en veilig gebruik van het draadloze apparaat te garan
deren. Raadpleeg het hoofdstuk 14 "Waarschuwingen en Voorzorgsmaatregelen" voor gedetailleerde informatie.
Schakel het apparaat niet in als gebruik van het apparaat niet is toegestaan of als
het apparaat interferentie of gevaarlijke situaties kan veroorzaken.
Gebruik het apparaat niet als u een auto bestuurt.
Volg de regelingen en regels in ziekenhuizen en zorginstellingen op.
Schakel het apparaat uit als u zich dicht bij medische apparatuur bevindt.
Schakel het apparaat uit in vliegtuigen. Het apparaat kan interferentie voor
de besturingssignalen van vliegtuigen veroorzaken.
Schakel het apparaat uit als u zich dicht bij elektronische apparaten met hoge
precisie bevindt. Het apparaat kan de prestaties van deze apparaten beïnvloeden.
Probeer het draadloze apparaat of de bijbehorende accessoires niet te
demonteren. Alleen gekwalificeerd personeel mag onderhoud verrichten
aan het apparaat en het apparaat repareren.
Plaats het apparaat en de bijbehorende accessoires niet in containers met
een sterk elektromagnetisch veld.
Plaats geen magnetische opslagmedia in de buurt van het apparaat. De gegevens
op deze media kunnen worden gewist door de straling van het apparaat.
Plaats het apparaat niet in omgevingen met hoge temperaturen en gebruik
het niet op locaties met ontvlambare gassen, zoals een benzinestation.
Houd het apparaat en de bijbehorende accessoires uit de buurt van kinderen.
Laat kinderen het apparaat niet gebruiken zonder begeleiding.
Gebruik alleen goedgekeurde accessoires om ontploffingsgevaar te vermijden.
Houd u aan de wetten en regelgevingen met betrekking tot apparaatgebruik.
Respecteer andermans privacy en wettelijke rechten tijdens het gebruik van
het apparaat.