3.2 HANDSET:
1. open het batterijcompartiment van de handset door de
batterijdeksel naar onder weg te schuiven
2. plaats de batterijen in het batterijcompartiment; let
hierbij op de polariteit (+ en -)
3. schuif de batterijdeksel terug op de handset en plaats
de handset in de basis of houder / oplader
4. de handset gedurende 15 uur onafgebroken in de
basis of houder / oplader laten staan om de batterijen
goed op te laden
PLAATS ALLEEN OPLAADBARE NiMH (NIKKEL-
METAAL-HYDRIDE) BATTERIJEN. HET GEBRUIK
VAN NIET OPLAADBARE BATTERIJEN LEIDT TOT
GEVAARLIJKE SITUATIES OF ONTPLOFFINGSGEVAAR.
3.3 IN-/UITSCHAKELEN HANDSET:
Om batterijen te sparen of om in het geheel niet gestoord te
worden, kunt u de handset volledig uitschakelen:
druk gedurende 3 seconden op de telefoon-uit toets;
3 sec.
de handset schakelt zichzelf nu geheel uit
nogmaals de telefoon-uit toets gedurende 3 seconden
3 sec.
indrukken om de handset weer aan te zetten (of plaats
de handset terug in de houder/oplader)
Let op dat u met een uitgeschakelde handset niet kunt bellen of
opgebeld kunt worden.
-7-