2.2 DISPLAY:
Verschijnt als de handset in bereik van de basis is
Verschijnt als de handset in gebruik is
Verschijnt als de luidsprekerfunctie is ingeschakeld (zie para-
graaf 4.1)
Verschijnt als er nieuwe oproepen in het NummerMelderge-
heugen zijn geregistreerd die u niet heeft gezien en tijdens
het raadplegen van het NummerMeldergeheugen (zie para-
graaf 7.2 en 7.3)
Verschijnt als de alarmfunctie is ingeschakeld (zie paragraaf
10.3)
Verschijnt als de bel is uitgeschakeld (zie paragraaf 10.3)
Verschijnt als het toetsenbord geblokkeerd is (zie paragraaf
4.10)
geeft de status van de oplaadbare batterijen weer:
= batterijen zijn vol
= batterijen zijn half vol
= batterijen zijn bijna leeg, deze nu zo spoedig mogelijk opladen
= batterijen zijn leeg, de handset zal nu uitschakelen en u kunt
nu niet meer telefoneren.
Gedurende het opladen verloopt het batterijsymbool totdat
de batterijen volledig geladen zijn
-5-