1. Maaimachine omhoog
brengen
Opmerking: De maaihoogte-instellingen zijn 25 mm,
35 mm, 44 mm, 54 mm, 64 mm, 73 mm, 83 mm, 92 mm en
102 mm.
De motor starten
Trek de starthandgreep langzaam uit totdat u weerstand
voelt, daarna krachtig uittrekken (Figuur 12). Laat het koord
langzaam terugkeren.
Opmerking: Als de motor na enkele pogingen niet wil
starten, moet u contact opnemen met een erkende Service
Dealer.
Figuur 11
2. Maaimachine omlaag
brengen
Figuur 12
De zelfaandrijving gebruiken
Om de zelfaandrijving te activeren, loopt u eenvoudig vooruit
met uw handen op het bovenste deel van de handgreep en
uw ellebogen naast uw lichaam; de maaimachine richt zich
automatisch naar uw loopsnelheid (Figuur 13).
Opmerking: Als de maaimachine niet vrij naar achteren rolt
na het inschakelen van de zelfaandrijving, sta dan stil, houd
uw handen bij de handgreep en laat de maaimachine een paar
centimeter naar voren rollen om het aandrijfsysteem uit te
schakelen. U kunt ook de metalen hendel aanraken die zich
net onder de bovenste handgreep bevindt en de maaimachine
een paar centimeter naar voren duwen. Als de maaimachine
nog steeds niet naar achteren wil rollen, moet u contact
opnemen met een erkende Service Dealer.
Motor afzetten
Houd de contactschakelaar in the stopstand totdat de motor
stopt (Figuur 14).
1. Contactschakelaar
10
Figuur 13
Figuur 14