Hoofdstuk 4 – Gebruik van het bedieningspaneel
4.4.8 Nulstellen van de filterlevensduur
De functie: Nulstellen Filterlevensduur maakt het mogelijk om de teller voor de levensduur van een filter op nul te
stellen nadat een nieuw filter in het apparaat werd ingezet. Als resultaat zal de betreffende filterlevensduur LED op
het bedieningspaneel weer groen gaan branden en de urenteller in het scherm: Nulstellen Filterlevensduur zal de
volledige levensduur van het nieuwe filter weergeven. Opmerking: Nulstellen van de filterlevensduurteller zal ook
de waarschuwing "Replace Filter" in het hoofdscherm uitschakelen.
1. Om de functie: Nulstellen filterlevensduur vanaf het hoofdscherm op te
roepen moet de menutoets zeven maal worden ingedrukt.
2. Houdt de Enter toets ingedrukt tot de knipperende cursor verschijnt.
3. Druk op de
toets om het filter te selecteren, dat zojuist werd vervangen.
4. Druk op de Enter toets om te bevestigen dat het geselecteerde filter werd
vervangen. Druk nogmaals op de Enter toets om de keuze te bevestigen. De
filterlevensduur LED voor het betreffende filter knippert nu rood. Opmerking:
Bij foutieve filterselectie of om andere redenen kunt u door het indrukken van
de menutoets dit item afbreken en blijven de tellers ongewijzigd.
5. Om de filterwissel te bevestigen en het scherm: Nulstellen Filterlevensduur
te verlaten, de Enter toets indrukken.
6. Na het met succes nulstellen van de filterlevensduur, zal de bijgewerkte
resterende levensduur van de filters (rekening houdend met de
huidige geselecteerde ventilatorsnelheid en de geprogrammeerde
filterbelastingindices) worden weergegeven.
4.4.9 Wijzigen van de eenheid voor luchtdoorvoer
N.B. De luchtuitblaascapaciteiten (eenheden luchtverplaatsing) zoals getoond
in deze handleiding dienen uitsluitend als voorbeeld en zullen variëren
afhankelijk van het model.
1. De eenheden voor luchtinhoud kunnen worden gewisseld tussen kubieke
meter per uur (m
3
/h) en kubieke voet per minuut (cfm) door de Enter toets
drie seconden ingedrukt te houden.
2. Druk eenmaal op de
teken van de luchtinhoud gaat knipperen.
3. Druk op de Enter toets om de wijziging van de eenheid voor luchtinhoud
te bevestigen. Totdat de eenheden opnieuw worden gewijzigd, zal de
luchtverplaatsing nu worden getoond in de zojuist gekozen eenheden.
4.4.10 Taalinstelling
Via het taalselectiemenu kan de taal van de schermen worden gewijzigd.
1. Om het taalselectiemenu vanaf het hoofdscherm op te roepen moet de
menutoets acht maal worden ingedrukt. De huidige schermtaal wordt
getoond.
2. Om de schermtaal te wijzigen de Enter toets ingedrukt houden tot de
cursor gaat knipperen.
3. Gebruik de
toets om door de beschikbare taalopties te bladeren.
4. Druk op de Enter toets om de taalinstelling op te slaan en de invoermodus
te verlaten.
18
toets om de eenheden te wijzigen als het eerste