8.
Ingebruikneming en programmering
a) Ingebruikneming
Schakel het stroomcircuit in, waarin de radiografische dimmer en de lamp (resp. de conven-
tionele halogeentrafo met de 12V-lampen) geïnstalleerd zijn.
Test de functie van de dimmer d.m.v. de aangesloten schakeltoets:
•
Druk kort op de schakeltoets
•
Schakeltoets nogmaals kort indrukken
•
Druk lang op de schakeltoets
•
Schakeltoets nogmaals lang indrukken
Een uitvoerige beschrijving over de functies van de schakeltoets vindt u in hoofdstuk 9. b) op
pagina 12.
Let alstublieft op:
Om de radiografische dimmer via een afstandsbediening te kunnen sturen, is de
programmering op minstens één adrestype van het FS20- adressysteem noodzake-
lijk.
De instelling van het adrestype vindt steeds plaats aan de hand van de gebruiks-
aanwijzing van de zender van de afstandsbediening.
Bij uitlevering reageert de radiografische dimmer daarom niet op radiografi-
sche bevelen!
b) Programmering
Voer na de functietest de programmering van de radiografische dimmer op een bepaald ka-
naal van de gebruikte afstandsbediening uit:
•
Druk gedurende minimaal 15 seconden op de schakeltoets die op de dimmer is aange-
sloten. De dimmer bevindt zich aansluitend in de leermode.
•
Druk op de gewenste toets van uw afstandsbediening.
Als de dimmer de code heeft ontvangen, kan met het bijbehorende toetsenpaar van de
afstandsbediening de op de dimmer aangesloten verbruiker (bv. een lamp) geschakeld
worden (zie boven onder a).
Indien nodig kunt u de programmering opnieuw uitvoeren en een andere toets van
de afstandsbediening resp. een ander afstandsbedieningkanaal gebruiken. Voer
hiertoe dezelfde stappen uit als hierboven beschreven.
lamp aan
lamp uit
omhoog dimmen van de lamp
omlaag dimmen van de lamp
11