nl Montagehandleiding
¡ De oppervlakken van het apparaat zijn gevoelig. Bij
de montage beschadigingen vermijden.
16.6 Inbouwadvies
We adviseren het apparaat zo op te hangen dat de on-
derkant van het glazen scherm één lijn vormt met de
onderkant van de bovenkast ernaast.
B
Houd de veiligheidsafstanden tot de kookplaat aan.
→ Pagina 15
16.7 Aanwijzingen voor de elektrische
aansluiting
Om het apparaat elektrisch veilig te kunnen aansluiten,
dient u deze aanwijzingen in acht te nemen.
WAARSCHUWING ‒ Kans op elektrische schok!
Het apparaat moet op elk gewenst moment van de
stroom kunnen worden afgesloten. Het mag alleen op
een geaarde contactdoos worden aangesloten die vol-
gens de voorschriften is geïnstalleerd.
De netstekker van de netaansluitkabel moet na de
▶
inbouw van het apparaat vrij toegankelijk zijn.
Is dit niet mogelijk, dan moet in de vast geplaatste
▶
elektrische installatie een alpolige scheidingsinrich-
ting volgens de voorwaarden van de overspannings-
categorie III en volgens de opbouwvoorschriften
worden ingebouwd.
De vaste aansluiting mag alleen door een elektricien
▶
worden aangelegd. Wij adviseren een aardlekscha-
kelaar (FI-schakelaar) in de stroomkring naar het
apparaat te installeren.
Scherpe componenten binnen het apparaat kunnen de
aansluitkabel beschadigen.
De aansluitkabel niet knikken of inklemmen.
▶
¡ De aansluitgegevens zijn te vinden op het typeplaat-
je. → Pagina 13
¡ De aansluitleiding is ca. 1,30 m lang.
¡ Dit apparaat voldoet aan de ontstoringsvoorschriften
van de EG.
¡ Het apparaat is conform de beschermingsklasse 1.
Daarom het apparaat alleen met een aarddraadaan-
sluiting gebruiken.
¡ Het apparaat tijdens de montage niet op de voe-
dingsspanning aansluiten.
¡ Ervoor zorgen dat de bescherming tegen aanraking
door de inbouw is gegarandeerd.
16.8 Aanwijzingen m.b.t. de inbouwsituatie
¡ Dit apparaat aan de keukenwand monteren.
18
B
¡ Voor de montage van extra speciale accessoires de
daarbij meegeleverde installatiehandleiding aanhou-
den.
¡ Het apparaat slechts aan één zijde direct naast een
hoge kast, tegen een bovenkast of tegen een wand
installeren. De afstand tot de hoge kast, tot een bo-
venkast of de wand moet minstens 50 mm bedra-
gen.
¡ De breedte van de afzuigkap moet minstens over-
eenkomen met de breedte van het kooktoestel.
¡ Om de kookdamp optimaal op te vangen, het appa-
raat in het midden boven de kookplaat monteren.
Luchtafvoermodus
¡ Wanneer u het apparaat in de luchtafvoermodus ge-
bruikt, dan moet een schoorsteenafdekking worden
gemonteerd.
Luchtcirculatiemodus
¡ Wanneer u het apparaat in de circulatiemodus ge-
bruikt, moet een speciaal accessoire worden ge-
monteerd. De daarbij meegeleverde installatiehand-
leiding aanhouden.
¡ Voor het gebruik in de luchtcirculatiemodus is de
montage van de schoorsteenafdekking optioneel.
16.9 Installatie
Wand controleren
Controleren of de wand horizontaal is en voldoende
1.
draagvermogen heeft.
Het maximale gewicht van het apparaat bedraagt
40 kg.
De boorgatdiepte overeenkomstig de schroeflengte
2.
boren.
Gebruik de meegeleverde schroeven en pluggen.
3.
De bijgevoegde schroeven en pluggen zijn geschikt
voor massieve muren. Gebruik voor andere con-
structies geschikte bevestigingsmaterialen, bijv. bij
gipsplaat, gasbeton, Poroton stenen.
4.
Het apparaat met een bevestigingsmateriaal monte-
ren dat voldoende stabiel alsook aan de bouwkundi-
ge situatie en het gewicht van het apparaat is aan-
gepast.
Het uitsnijgedeelte op een voorhanden kabelplaat-
5.
sing van andere apparaten controleren.
Wand voorbereiden
Aanwijzingen m.b.t. de inbouwsituatie aanhouden.
1.
→ Pagina 18
Ervoor zorgen dat zich in het bereik van de borin-
2.
gen geen stroomleidingen, gasleidingen of waterlei-
dingen bevinden.
Om schade te vermijden, de kookplaat afdekken.
3.
Bepaal de positie van de afzuigkap en teken de on-
4.
derkant van het apparaat licht op de muur af.
Ga uit van de kookplaat bij het bepalen van het
‒
midden.
Houd de veiligheidsafstanden tot de kookplaat
‒
aan. → Pagina 15
We adviseren de afzuigkap zo op te hangen dat de
onderkant van het glazen scherm één lijn vormt met
de onderkant van de bovenkasten ernaast.
Sjabloon tegen de getekende lijn leggen en vastma-
5.
ken.
Teken de posities voor de schroeven af.
6.