Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Verbindingsleiding Leggen - Daikin EKSV21P Installatiehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor EKSV21P:
Inhoudsopgave

Advertenties

4
x
Montage

4.3 Verbindingsleiding leggen

LET OP!
Op de hele verbindingssectie tussen warmwa-
terboiler en platte collector mag zich nergens
een sifoneffect voordoen. Dit kan immers leiden
tot slechte werking en beschadiging van het ma-
teriaal.
Op langere horizontale leidingtrajecten met
klein verval kunnen zich door warmteuitzetting
van de kunststoffen pijpen tussen de bevesti-
gingspunten eveneens waterzakken met sifon-
werking vormen.
● Leg de leidingen nooit horizontaal, maar altijd
met een constant verval (min. 2 %).
● DAIKIN adviseert bij langere horizontale
leidingstrajecten principieel de toepassing
van een draagschaalset (TS ) of van een
stevige hulpconstructie (bijv. profielrail, buis
e.d.).
● Prefab verbindingsleidingen (aanvoer- en retourleiding) met
geïntegreerde sensorkabel (zie hoofdst. ) 3) tussen de
geplande installatieplaats van het collectorveld aan de
binnenkant van het dak en de opstellingsplaats van de
warmwaterboiler met regel- en pompunit EKSRPS4A
aanbrengen.
– Let op voldoende lengte tussen de aansluiting van de boi-
ler en de platte collectoren.
– Let op een continue helling van de verbindingsleidingen
(min. 2 %).
– Maximaal mogelijke totale leidinglengte (zie tab. 4-2) mag
niet worden overschreden.
Als de verbindingsleidingen CON 15 resp. CON 20 niet
lang genoeg zijn, adviseert DAIKIN de verlengleidingen
CON X25, CON X50, CON X100 resp. CON XV80.
Wanneer grotere afstanden moeten worden
overbrugd, moeten de afmetingen van de ver-
bindingsleiding worden berekend.
Neem contact op met de DAIKIN-service.
– Aanvoerverbindingsleiding (VA15 Solar) moet boven en
retourverbindingsleiding (VA18 Solar) moet onder op de
collector worden aangesloten (zie afb. 4-1 t/m afb. 4-3 en
afb. 4-8).
Aantal collectoren
2
3
4
5
Tab. 4-2 Maximale lengtes van de DAIKIN-verbindingsleidingen
Plannings- en installatiehandleiding
18
Maximale totale leidinglengte
45 m
30 m
17 m
15 m
Meer informatie over de verbindingsleiding
Wanneer u om bouwtechnische redenen de verbindingsleiding
niet of moeilijk op de hierboven manier kan leggen en aansluiten,
mag u de uitvoeringsmethode lichtjes aanpassen. De diameter
van de aanvoerleiding mag maximum 18 x 1 bedragen.
● Indien reeds stijgleidingen van koperbuis in het huis geïnstal-
leerd zijn, kunnen die leidingen worden gebruikt, wanneer de
verbindingsleiding over de gehele lengte een doorlopend
verval laat zien.
● Wanneer bij wisselzijdige collectoraansluiting geen
doorlopend verval van de tweede dakdoorvoer naar alle
leidingsdelen kan worden gegarandeerd, kan voor de
dakdoorvoer van de aanvoerleiding (bijv. d.m.v. een ventila-
tiedakpan) deze naar boven toe worden gelegd, wanneer:
– het hoogste punt van de aanvoerleiding niet meer dan
12 m boven de plek ligt waar de boiler staat,
– de binnendiameter van de aanvoerleiding niet meer dan
16 mm bedraagt.
– de aanvoerleiding constant stijgt naar het hoogste punt en
dat er een constant verval naar de warmwaterboiler is.
● Als er op bepaalde leidingsecties slechts een klein verval zit,
moet u die met koperbuizen uitvoeren. U heeft dan geen
starre hulpconstructie nodig en u voorkomt waterophopingen
die door het uitzetten van de kunststofleidingen kunnen
optreden.
Aanwijzingen voor de dakdoorvoer van de
verbindingsleiding
LET OP!
Lekken in het dampscherm kunnen schade aan
de constructie veroorzaken.
● Isoleer het dampscherm ter hoogte van de
doorvoeren voor verbindingsleidingen en
kabels langs de binnenzijde.
LET OP!
Bij beschadigde kunststofleidingen bestaat
gevaar voor breken.
● Beschadig bij het wegsnijden van de isolatie
nooit het oppervlak van de VA Solar-verbin-
dingsleidingen.
Voer de volgende stappen uit:
1. De dakdoorvoerpunten moeten zo dicht mogelijk onder de
aansluitpunten van de collectoren vastgelegd worden. Let er
hierbij op dat er een effectieve afdichting van het uitwendige
dakoppervlak gegarandeerd kan worden. Speciale dakdoor-
voeren voor de montage op het dak en op vlakke daken zijn
als systeemcomponenten verkrijgbaar (zie hoofdst. 3.3).
EKSV21P + EKSV26P + EKSH26P
DAIKIN Zonne-energie-installatie DrainBack
008.1629432_01 – 12/2016

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Eksv26pEksh26p

Inhoudsopgave