Gebruikershandleiding
UA-4FX2
Lees voor u dit apparaat gebruikt zorgvuldig de hoofdstukken "HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN" (p. 13) en "BELANGRIJKE OPMERKINGEN" (p. 14).
Bewaar na het lezen het document (de documenten) op een direct toegankelijke plaats.
Copyright © 2017 ROLAND CORPORATION
Inhoud van het pakket
5 UA-4FX2
5 Gebruikershandleiding (dit document)
5 USB-kabel
Het stuurprogramma installeren
* Gebruik geen micro-USB-kabel die alleen ontworpen is om een apparaat op te laden. Kabels voor alleen opladen kunnen geen gegevens verzenden.
Windows 10-gebruikers
1.
Gebruik de meegeleverde USB-kabel om de UA-4FX2 op uw computer aan te sluiten.
Het stuurprogramma wordt automatisch geïnstalleerd.
Windows 7- of Windows 8.1-gebruikers
OPMERKING
Sluit de UA-4FX2 niet aan op uw computer voordat u het stuurprogramma hebt geïnstalleerd.
Als u de UA-4FX2 al hebt aangesloten, koppelt u deze tijdelijk los.
Wanneer op het scherm het bericht "Klaar om het stuurprogramma te installeren. ---, " wordt weergegeven, sluit u de UA-4FX2 aan.
1.
Start Windows op terwijl alle andere USB-kabels behalve de kabels van uw toetsenbord en muis zijn losgekoppeld.
2.
Download het stuurprogramma van de volgende URL.
&http://roland.cm/ua4fx2
3.
Voordat u met de installatie begint, sluit u alle toepassingen.
4.
Pak het gedownloade ZIP-bestand uit en dubbelklik op "Instellen".
5.
Als een bevestigingsscherm voor gebruikersaccountbeheer verschijnt, klikt u op "Ja".
6.
Klik in het dialoogvenster "Het UA-4FX2-stuurprogramma zal op uw computer worden geïnstalleerd. ---" op
[Volgende].
* Als er een ander bericht wordt weergegeven, gaat u verder volgens de instructies van dat bericht.
7.
Om met de installatie te beginnen, klikt u op [Volgende].
8.
Als een Windows-beveiligingsdialoogvenster verschijnt, klikt u op [Installeren].
9.
Let op het dialoogvenster "Klaar om het stuurprogramma te installeren. ---"
* Als er een ander bericht wordt weergegeven, gaat u verder volgens de instructies van dat bericht.
10.
Gebruik de meegeleverde USB-kabel om de UA-4FX2 op uw computer aan te sluiten.
Het stuurprogramma wordt automatisch geïnstalleerd.
11.
Klik in het dialoogvenster "Installatie is voltooid" op [Sluiten].
12.
Als het dialoogvenster "Wijziging van de systeeminstellingen" verschijnt, klikt u op [Ja] en start u Windows opnieuw op.
1