zijn aan plotselinge weersveranderingen (bijvoorbeeld van zonnig naar regen) zal het
weerstation preciezer zijn dan in gebieden waar het weer stabiel is (b.v. hoofdzakelijk
zonnig).
Als het weerstation naar een andere locatie verhuisd die aanzienlijk hoger of lager dan de
vorige ligt (b.v. van de parterre van een huis naar de eerste verdieping), annuleer dan de
weersvoorspelling van de eerstkomende 12-24 uur. Hierdoor zal het weerstation de
hoogtewijziging niet verkeerd interpreteren als een wijziging in luchtdruk.
DE PROGNOSESPIJLTJES
De weerplaatjes werken samen met de prognosepijltjes (zie links en rechts van de
weerplaatjes). Wanneer de indicator naar boven wijst betekent dit dat de luchtdruk stijgt en
het weer verwacht wordt te verbeteren; wijst het pijltje echter naar beneden, dan zal de
luchtdruk gaan dalen en wordt het weer verwacht te zullen verslechteren.
Als we hiermee rekening houden, dan kunnen we aflezen in welke mate het weer is
veranderd en nog verwacht wordt te veranderen. Als bijvoorbeeld het weerpijltje naar
beneden wijst en het wolkje met zonnetje worden vertoond, dan was de laatst merkbare
weersverandering toen het zonnig weer was (enkel weersymbooltje van zon). De volgende
verandering zal dus het symbooltje van het regenwolkje zijn want het pijltje wijst naar
beneden.
101