de overdrukklep, controle van cilinder en pomp op lekken. Slijtage of breuken ter hoogte van de wielen. Bovendien moeten de
veiligheidslabels zichtbaar zijn.
Als er onregelmatigheden worden vastgesteld, mag de krik niet worden gebruikt.
Probleemoplossing:
1. De krik gaat niet helemaal omhoog, zelfs wanneer de pomp loopt: vul olie bij, zie hoeveelheid olie!
2. De luchtmotor loopt langzaam of stopt: de buitenluchtdruk is onvoldoende, controleer de luchttoevoer!
3. De last zakt: controleer op lekkage. Drukkogel aanslaan met drevel (enkel bevoegd personeel).
4. Olielek van cilinder: vervang de cilinderpakkingen. Plotselinge olielekkage van de luchtmotor en hendel kan het gevolg zijn van
onjuist gebruik, bijv. als de krik op zijn zijkant heeft gelegen. In dit geval stopt de olielekkage (uit de olietank) wanneer de krik
weer op zijn wielen staat, maar het druppelen van de olie kan nog enige tijd doorgaan.
Reserveonderdelen:
Vervang versleten of defecte onderdelen altijd door originele reserveonderdelen.
Vernietiging:
Wanneer de krik na vele jaren van gebruik wordt vernietigd, moet de olie worden afgetapt en op legale wijze worden
verwijderd.
3/8
2018-12-17 R1 S1
VL (NL) A 10 GEBRUIKSAANWIJZING OK.DOCX