Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Advertenties

Sensormodule
artikelnr.: SM 1608
V03
Sensormodule
Veiligheidsinstructies
Opgelet! De inbouw en montage van elektrische apparaten mag alleen door een elektromonteur worden uitge-
voerd.
Bij niet aanhouden van de installatie-instructies kan schade aan het instrument, brand of ander gevaar ontsta-
an.
Sluit de sensormodule uitsluitend aan op het relais- of dimstation Universal (geen netpotentiaal!).
Gebruik voor de bevestiging op de draagring uitsluitend de meegeleverde kunststof schroeven.
De handleiding is onderdeel van het product en moet door de eindklant worden bewaard.
Functie
Correct gebruik
• Bedienen van verbruikers, bijv. licht aan/uit, dimmen, jaloezieën op/neer, oproepen en opslaan van lichtscenario's
enz.
• Aansluiting op relaisstation of dimstation
• Inbouw in apparaatdoos conform DIN 49073
Producteigenschappen
• Tot 16 lastuitgangen van de relais- of dimstation aanstuurbaar.
• Schakelen, tasten, dimmen, jaloezie
• Lichtscenario's: tot max. 4 lichtscenario's per bedieningsplaats zijn vrij configureerbaar.
• Centraalfunctie: alle toegekende lastuitgangen worden centraal in-/uitgeschakeld.
• Vrije toekenning van de sensorvlakken aan de lastuitgangen, centraalfuncties en lichtscenario's
• Veranderen van de instellingen mogelijk
• LED als terugmelding en als oriëntatielicht bruikbaar
• Terugmelding van de schakeltoestanden op alle aangesloten sensormodules.
• Helderheid van de LED instelbaar in 3 niveaus (100%, 50%, uit).
• Maximaal 4 sensormodules kunnen op een relais-/dimstation ook met parallel geschakelde stations worden aanges-
loten.
• Klonen: overdragen van ingestelde toekenningen op een andere sensormodule.
• Toekenningen blijven bij netspanningsuitval behouden.
• Eenvoudige installatie via 2-draadskabel.
• Beletterbaar met het JUNG beletteringstool.
Constructie apparaat
(1) Draagring
(2) Doosschroeven
(3) Frame
(4) Sensormodule
(5) Kunststof schroeven
(6) Inlegger voor belettering
(7) Afdekking
(1)
(2)
(3)
(4)
Fig.1.: Constructie apparaat
2 x (5)
2 x (2)
(5)
(6)
(7)

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Jung SM 1608

  • Pagina 1 • Maximaal 4 sensormodules kunnen op een relais-/dimstation ook met parallel geschakelde stations worden aanges- loten. • Klonen: overdragen van ingestelde toekenningen op een andere sensormodule. • Toekenningen blijven bij netspanningsuitval behouden. • Eenvoudige installatie via 2-draadskabel. • Beletterbaar met het JUNG beletteringstool. Constructie apparaat 2 x (5) 2 x (2) Fig.1.: Constructie apparaat...
  • Pagina 2: Bediening

    Bediening Bediening volgt via aanraking van het betreffende sensoroppervlak (knop). Jaloezie bedienen • Jaloezie bewegen: knop lang indrukken • Jaloezie stoppen of verstellen: knop kort indrukken Licht bedienen (relaisstation) Schakelen: knop kort indrukken (toggle bediening) Licht bedienen (dimstation) • Inschakelen op inschakelhelderheid: knop AAN kort bedienen Lang indrukken van de knop UIT schakelt over naar minimale helderheid.
  • Pagina 3: Inbedrijfname

    Let op de poling ⓘ Voor het instellen van het parallelbedrijf op het tweede station moet de sensormodule zijn aangesloten. Het paral- ⓘ lelbedrijf wordt anders niet herkend. Inbedrijfname In uitleveringstoestand zijn de knoppen (sensorvelden) bezet en de uitgangen aan de stations toegekend. Fig.3.: Knopbezetting bij aansluiting op een station A1 - 8 en op 2 parallel bediende stations A1 - 16 Op het relaisstation moet de bedrijfsstand van de lastuitgangen overeenkomstig de eisen worden gekozen (toet- ⓘ...
  • Pagina 4 Programmeerniveau Fig.4.: Nummering van de knoppen In de groeperingsmodus worden geen schakelcommando‘s uitgevoerd. • Knoppen 6 – 3 – 5 – 5 na elkaar bedienen (afb. 5). Alle LED‘s knipperen 2x. • Knoppen 6 – 3 – 5 – 5 opnieuw na elkaar bedienen. Alle LED‘s knipperen 2x.
  • Pagina 5 Lange bevestigingstoon Bedieningsniveau is actief. Knop 2: centraalfunctie instellen of wijzigen Bij de toekenning van de centraalfunctie wordt knop 1 voor centraal AAN of knop 2 voor centraal UIT gekozen, daarna de knoppen, die de centraalfunctie moeten schakelen. Ook kan alleen centraal AAN of alleen centraal UIT worden toegekend. Fig.6.: Montage Knop 1 - 6 branden.
  • Pagina 6 LED 1 - 4 staan voor de lichtscenario‘s 1-4. Vrije lichtscenario‘s knipperen, toegekende lichtscenario‘s branden. • Een lichtscenario knop 1-4 kiezen. Voor iedere aangesloten lastuitgang (1-8 resp. 1-16) brandt een LED. De schakeltoestand van de betreffende lastuitgang wordt door knoppen ingesteld. ⓘ...
  • Pagina 7 ren signaleert de LED-helderheid in ingeschakelde en uitgeschakelde toestand. • Knop 4 (LED-helderheid) bedienen De koppelingsmodus LED-helderheid is actief. Toegekende knoppen knipperen uit-100%. Vrije knoppen zijn uit. • Instellen van de LED door bedienen van de betreffende knop Uit-100% 50 - 100% uit - uit uit - 50% uit - 100%...
  • Pagina 8: Klonen Van Sensormodules

    Knop 1 - 6 branden. • Knop 6 (stations) bedienen. De modus stations is actief. • Stel de stations in conform de tabel via de knopbediening. Voorbeeld: apparaatadres 1 dimstation: knop 2 apparaatadres 2 relaisstation: knop 5 • Terug naar programmeerniveau: knop 16 ca. 3 seconden lang indrukken. LED 1 - 6 branden.
  • Pagina 9: Technische Gegevens

    Technische wijzigingen voorbehouden Garantie Wij bieden garantie in het kader van de wettelijke bepalingen. Verzendt het apparaat s.v.p. vrij van porto met een beschrijving van de fout aan onze centrale klantenservice: ALBRECHT JUNG GMBH & CO. KG Service-Center Kupferstr. 17-19 44532 Lünen...

Inhoudsopgave