Instellingen voor specifieke lichaamsdelen
1. Keel - Bij de behandeling van ademhalings- of sinus problemen of bij
halsproblemen, wordt slechts één stand gebruikt die nooit veranderd wordt:
2. Rug - Omdat de rug een massieve spieren massa is kan je hier veel sneller
door de verschillende gaan:
Eerste 3 dagen
Tweede 3 dagen
Vanaf de zevende dag
Als je met een aantal paarden werkt, die zowel rug als been problemen hebben
is de beste manier van werken de volgende:
Laat de dieren naast elkaar in de stal staan en behandel de voorbenen van
beide (meestal op een lagere stand), behandel vervolgens de ruggen van beide
(meestal op een hogere stand).
Bij het gebruik van magneetveldtherapie is het niet nodig te stoppen met het
gebruik van zalven en oplossingen, met één uitzondering. Bij de stand van 2, 4
en 5 Hz moet je geen middelen op jodiumbasis gebruiken. De jodium houdt de
warmte vast terwijl de stand van 2, 4 en 5 Hz het juist tegenovergestelde doen.
Je kan deze middelen wel gebruiken bij de hogere standen. Kort samengevat,
zorg ervoor dat je hetzelfde wilt bereiken met iedere behandelingsmethode.
Smeersels, medicijnen en standen op de apparatuur moeten samenwerken.
Een aantal dingen om op te letten wanneer u met de therapie begint:
1. Het paard zal waarschijnlijk veel ontspannender zijn.
2. Tijdens de eerste behandelingsweek kan het paard meer urineren. Dit wordt
veroorzaakt doordat alle cellen in de reinigende organen blootgesteld zijn
aan het magnetisch veld en ze efficiënter zouden moeten gaan werken.
3. De hoefgroei kan versneld worden.
4. Het haar kan sneller groeien.
50 - 5 - 30
50 - 2 - 30
60 - 15 - 30
80 - 30 - 30