4
GEBRUIK EN
KENMERKEN
4.1 de wAgen oP de rem zetten
1
A.
Duw het rode voetpedaal naar beneden om de
wagen op de rem te zetten (zie afbeelding 1).
B.
Controleer altijd of de rem ook echt werkt: de wagen
mag niet naar voren of naar achteren rollen nadat
u deze op de rem hebt gezet.
C.
Trek het rode voetpedaal omhoog om de wagen
van de rem te halen (zie afbeelding 2).
14
2
WAARSCHUWING
Laat uw kind nooit zonder toezicht
achter in de wandelwagen.
Wanneer u kinderen in en uit de
wandelwagen laat stappen, moet u de
wagen altijd eerst op de rem zetten.
OPMERKING
De rem hoeft verder niet te worden bijgesteld.
51100987 - A