2.4 Instelling lader (Multi/ MultiPlus)
Tijdens het instellen van de lader dienen alle verbindingen tussen de accu en de Phoenix Multi
losgekoppeld worden.
Lader aan/ uit
De lader van de Phoenix Multi kan desgewenst ook uitgeschakeld worden.
De standaard instelling is aan.
Stel de DS 3-7 in
DS-8
DS-7 on
DS-6
off
DS-5
off
DS-4 on
DS-3
off
DS-2
DS-1
Laadkarakteristiek
De Phoenix Multi is voorzien van 3 laadkarakteristieken.
De Fixed laadkarakteristiek biedt de absorptionspanning voor een bepaalde (vast instelbare)
tijd aan. Na de absorptionfase wordt een bepaalde (wederom vast instelbare) tijd de
floatspanning aangeboden, om daarna een (meestal kortere) tijd weer de absorptionspanning
aan te bieden.
De Adaptieve laadkarakteristiek biedt de absorptionspanning aan gedurende een tijd
afhankelijk van de lading die tijdens bulk is geleverd. Daarna volgt een floatfase van 24 uur,
waarna naar 13/ 26V (gereduceerd float) wordt teruggeschakeld. Net als bij de Fixed
laadkarakteristiek wordt ook hier periodiek een absorptionfase aangehouden.
In de Accu-beschermingsmodus wordt ook de adaptieve laadkarakteristiek gebruikt, maar
wordt een hogere absorptionspanning aan de accu aangeboden. De spanningsverhoging
gebeurt geleidelijk en beschermt daardoor uw accu tegen een defect als gevolg van overladen.
Schakel de lader aan of uit
Bepaal of de lader aan of
uitgeschakeld moet zijn.
De fabrieksinstelling is Aan.
De linker LED rij is voor Aan.
De rechter LED rij voor Uit.
Druk op de druktoetsen tot de
gewenste LED aanduiding verschijnt.
Voorbeeld
Gewenst: lader is uit.
LED aanduiding =
Aan
Uit
9