ShowLink
5.
Druk op X om de
Zenders toewijzen aan zenderingangen
Ieder ontvangerskanaal heeft 8 zenderingangen om de RFsignalen van de ontvanger te beheren. Zenders kunnen aan de ka
naalingangen worden toegewezen of bij de ontvanger 'aangemeld' worden.
Voor meer bescherming tegen interferentie geeft de ontvanger een waarschuwing af of blokkeert signalen van niet aangemel
de zenders.
Een zender toewijzen aan een kanaal van een ontvanger:
1.
Ga in het menu Kanaal naar Tx-ingangen.
2.
Scroll met de pijltjestoetsen naar een beschikbare zenderingang. Als de ingang bezet is, wordt de bestaande zender bij
synchronisatie overschreven.
3.
Selecteer met behulp van de pijltjesknoppen Synchronisatie en druk op O.
Als de synchronisatie is voltooid, wordt de zender aan de ingang toegewezen. De zender blijft toegewezen aan de ingang tot
dat deze wordt ontkoppeld. Selecteer met de pijltjestoetsen een ingang om de gekoppelde zender te verwijderen. Selecteer
vervolgens met behulp van de pijltjesknoppen Ontkoppelen en druk op O.
Wisselmodus
Gebruik de wisselmodus om binnen één menu snel tussen actieve zenders te schakelen. Met de wisselmodus kunnen er 2
zenders tegelijkertijd live zijn en kunt u tussen de kanaalID's schakelen zonder de schakeling te hoeven bevestigen.
In de wisselmodus worden uw beschikbare frequenties tot de frequenties in één groep beperkt. U moet een groep voor uw
zenders selecteren voordat u de wisselmodus opent. U kunt
om de frequenties voor elke zender te definiëren.
Ga naar Apparaatconfiguratie > Wisselmodus om de wisselmodus te openen. Let erop dat als u de wisselmodus opent
de volgende instellingen op de ontvanger worden gewijzigd:
•
Versleuteling wordt uitgeschakeld
•
Frequentiediversiteit wordt uitgeschakeld
•
Niet-aangemelde zenderactie is toegestaan
•
Alle zenderingangen worden ontkoppeld
Deze wijzigingen blijven van kracht als u de wisselmodus verlaat.
Navigeren in de wisselmodus
Elk kanaal van het apparaat kan de audio van 1 zender tegelijk ontvangen. Druk op de pijltjestoetsen om de geselecteerde ka
naal-ID te wijzigen. Wijzigingen zijn direct van toepassing en kort erna worden de apparaatgegevens weergegeven. Druk op
Enter om te schakelen tussen ontvangerkanaal 1 en ontvangerkanaal 2.
®
-test af te sluiten.
een groepsscan uitvoeren
Shure Incorporated
of
een aangepaste groep aanmaken
32/50