4
Voor de eerste inbedrijfstelling moeten de accu's volledig
opgeladen worden. Ga daarbij te werk zoals beschreven in
het hoofdstuk »Opladen van de accu's«.
F
Controleer voor elke inbedrijfstelling de noodremmen.
4.1
Controle van de noodremmen
Trek de stijgbenen van de CargoMaster volledig in
door de OP-/NEER-schakelaar in te drukken.
Ontgrendel de noodremmen met de punt van de
voet. U moet de vastzethefboom zover naar om-
hoog duwen tot de vergrendeling loskomt. De rem-
hefbomen kunnen dan vrij schommelen en de
remrollen raken de grond zoals hiernaast afge-
beeld.
Kantel de CargoMaster verder naar achteren tot
het laadoppervlak een bijna horizontale stand in-
neemt. De noodremmen moeten nu grijpen en
daardoor de loopwielen blokkeren.
Indien het toestel in die positie niet meer met de
handgrepen vooruit gerold kan worden maar en-
kel nog achteruit gerold kan worden, is de voor
een veilige werking noodzakelijke remwerking
voorhanden.
F
Indien die remwerking niet voorhanden is, mag de CargoMaster in geen enkel geval gebruikt
worden en moet de fabrikant of uw lokale AAT Alber-verdeler onmiddellijk op de hoogte
gebracht worden.
F
Voor het trapop en trapaf rijden moeten de noodremmen altijd ontgrendeld zijn.
CargoMaster
C 141 · C 141 Vario
Voor de inbedrijfstelling
7