VII. Opgelet! Als de ledlampjes A, B, C, D knipperen en led E blijft branden, is er sprake van een
communicatiefout en is de hoofdkaart niet toegankelijk ! Controleer in dat geval of u over een
kaart beschikt die als hoofdkaart (master) is geconfigureerd voor de installatie, en of de bus
RS485 correct aangesloten is (zie Figuur C).
Om een kaart opnieuw als master te programmeren, gelieve punt 3.1 te raadplegen.
4. PROGRAMMERING
De programmeringsmode(s) worden via de druktoetsen van de master kaart aangestuurd. Zodra de
mode geselecteerd is worden de druktoetsen van de slave kaart actief.
Om de uitgangen en de identificatiemodules te kunnen programmeren dient u éénmaal op de ONDER toets
te drukken. LED 1 (eerste relais) flitst (zie *2 op Figuur A).
Door op de BOVEN en ONDER toetsen van om het even welke kaart te drukken kunt u de programmerings-
mode selecteren zoals hieronder verklaard (zie *1 op Figuur A):
•
LEDS AE branden = Werkingsmode
•
LED's BE branden = 'Afstandsschakelaar' mode
•
LED's CE branden = 'Relais' mode
•
LED's DE branden = 'Timer' mode
•
LED's BCDE branden = 'Alles aan' of selectieve mode
•
LED's BDE branden = 'Alles uit' of selectieve mode
•
LED's CDE branden = Aanwezigheidssimulatie
•
LED's BCE branden = Groep
ALGEMENE OPMERKING
LED E brandt altijd, Het is het getuigenlampje van de elektrische voeding.
Door op de LINKS en RECHTS toetsen van om het even welke kaart kaarten te drukken, de gewenste
uitgang selecteren.
Door op de toets MIDDEN van om het even welke kaart te drukken, de span ningsdoorschakeling naar de
betroffen uitgang activeren of tenietdoen.
Opgelet! Telkens u van programmeringsmode verandert dient u de uitgang die u wenst te programmeren
opnieuw te selecteren! Per default keert de kaart terug naar de uitgang 1 waarvan de LED flitst.
4.1. PROGRAMMERING VAN DE 'AFSTANDSSCHAKELAAR' OF VAN DE 'RELAIS' MODE
Eens de 'Afstandsschakelaar' of de 'Relais' mode gekozen is, de LINKS en RECHTS toetsen gebruiken om de
uitgang te selecteren en bevestigen met de MIDDEN toets. De LED van de geselecteerde uitgang flitst niet
meer.
U dient zich nu naar het betroffen lokaal te begeven om er de druktoets te bedienen die deze uitgang
zal moeten aansturen. Door het indrukken van de druktoets wordt de voedingsspanning ter hoogte van
deze uitgang kortstondig onderbroken wat betekent dat de adressering werd geregistreerd. Herhaal deze
6