Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Ventilatoren; Roterende Warmtewisselaar; Warmtepomp - Komfovent RHP Pro2 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor RHP Pro2:
Inhoudsopgave

Advertenties

NL
Om lters te plaatsen/verwijderen, duwt u twee handgrepen aan de boven- en onderkant van het lter naar voren om
een lterkleminrichting los te maken. Filters worden één voor één verwijderd/geplaatst (het aantal lters is afhankelijk van
de grootte van de kast). Nadat de lters zijn vervangen/ingebracht, worden de grepen ingetrokken en drukt de lterklemin-
richting de lters op de pakkingen.
Zorg er bij het plaatsen van de lters voor dat de zakken rechtop staan, dat de lterframes goed vastzit-
ten en dat de pakkingen intact zijn.
Indien lters van een andere fabrikant of lters van een andere ltratieklasse worden gebruikt in plaats van in de fabriek
gemonteerde lters, moet de kalibratie van schone lters worden uitgevoerd na het vervangen van de lters. De lterkali-
bratie wordt beschreven in het hoofdstuk "Regeling en instellingen".

7.3. Ventilatoren

Controleer of de ventilatoren vrij kunnen draaien zonder obstructies, externe geluiden en trillingen. Controleer de schok-
dempers van het ventilatorframe op slijtage. Vervang versleten of beschadigde onderdelen, indien nodig. Vuil, vet of stof
kan de waaier uit balans brengen, extra trillingen veroorzaken en de levensduur van de motor verkorten. De waaier moet
worden gereinigd met een vochtige doek. Motoroppervlakken moeten worden gereinigd met een droge doek of een stof-
zuiger. Controleer de aansluitkabels van de motor; controleer de contacten op corrosie; reinig de contacten indien nodig
met speciale middelen. Controleer de werking van een oververhittingsbeveiliging van de motor, indien geïnstalleerd. Zet
het ventilatieapparaat aan en controleer of de ventilatoren in de gewenste richting draaien en de draaisnelheid wisselt af-
hankelijk van de automatiseringsinstellingen.

7.4. Roterende warmtewisselaar

Controleer of de rotortrommel vrij draait, geen metalen onderdelen van de behuizing raakt en of de lagers intact zijn.
Controleer de aandrijving en de motor. De roterende warmtewisselaar moet bij ca. 12 omwentelingen per minuut draaien.
Controleer de trommelborstels op slijtage. Vervang ze, indien nodig. Controleer de trommelriem. Een versleten riem kan
glijden zonder de trommel op de juiste snelheid te draaien. Versleten of gescheurde riemen moeten worden vervangen.
Luchtkanalen van de roterende warmtewisselaar kunnen in de loop van de tijd vervuild raken met vet, olie, kalk en ander
vuil. De trommel van de warmtewisselaar kan worden gereinigd met een persluchtstraal (~6 bar) in de kast. Als het vuil niet
kan worden verwijderd met perslucht of zoals voorzien in de vereisten voor de ventilatie van het gebouw, kan de roterende
warmtewisselaar uit de kast worden gehaald en worden gewassen met water (volg bijlage 1 "Reinigingsinstructies rotor").

7.5. Warmtepomp

• De gebruiker kan alleen visuele inspecties van de warmtepomp uitvoeren. Mechanische/elektrische
werkzaamheden aan een warmtepomp mogen alleen worden uitgevoerd door gekwali ceerde spe-
cialisten op het gebied van koelsystemen of door een vertegenwoordiger van "Komfovent".
• Schroef geen schroefdraadverbindingen of doppen van de warmtepompkast los. De temperatuur
van het verdampende koelmiddel is zeer laag en veroorzaakt ernstige bevriezing bij contact met de
huid. Als u afwijkingen aan de warmtepompkast vaststelt, neem dan onmiddellijk contact op met een
gekwali ceerde specialist in koelsystemen of met een vertegenwoordiger van "Komfovent".
Controleer op de aanwezigheid van vocht in het koelsysteem. Daartoe is een kijkglas met vochtigheidsindicator aange-
bracht. De indicator is volledig groen wanneer er geen vocht in het systeem aanwezig is en verandert van kleur (naar geel
of rood) wanneer er vocht wordt gedetecteerd. Controleer het peil van het koelmiddel bij benadering - het vloeistofpeil
moet ten minste tot ¾ van het kijkglas staan. Inspecteer zichtbare pijpleidingverbindingen visueel op corrosie en koelmid-
dellekken. Controleer, terwijl de warmtepomp draait, of de compressor normaal werkt, zonder bijgeluiden of abnormale
trillingen.
46
UAB KOMFOVENT behoudt het recht om veranderingen door te voeren zonder dit vooraf kenbaar te maken
RHP Pro2_user_manual_23-05

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave