•
Lage ware windsnelheid—
hiermee stelt u een alarm in dat
afgaat als de ware wind onder
de opgegeven snelheid komt.
•
Hoge ware windsnelheid—
hiermee stelt u een alarm in dat
afgaat als de ware wind boven
de opgegeven snelheid komt.
•
Hoge schijnbare windhoek—
hiermee stelt u een alarm in
dat afgaat als de schijnbare
windhoek groter is dan de
opgegeven hoek.
•
Lage schijnbare windhoek—
hiermee stelt u een alarm in
dat afgaat als de schijnbare
windhoek kleiner is dan de
opgegeven hoek.
•
Lage ware windhoek—hiermee
stelt u een alarm in dat afgaat
als de ware windhoek kleiner is
dan de opgegeven hoek.
GMI 10 Verkorte handleiding
•
Hoge ware windhoek—hiermee
stelt u een alarm in dat afgaat
als de ware windhoek groter is
dan de opgegeven hoek.
De weergaveopties
wijzigen
1. Als u de weergaveopties op de GMI
10 wilt wijzigen, selecteert u op
het instrumentenscherm
Instellen
> Scherm.
2. Kies een waarde voor de
weergegeven opties.
TIP: u kunt het menu Weergaveop-
ties ook openen door kort op de
aan/uitknop te drukken in een
instrumentenscherm.
Menu
>
1