Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Functie Toetsen; Ontruiming Toets; Signaalgevers Aan/Uit Toets - Hertek BSX-E Centrale Series Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Bediening van het BSX-E systeem

Functie Toetsen

Dit hoofdstuk geeft de gebruiker een overzicht van de beschikbare functie toetsen en hun
betekenis.
De functietoetsen zijn toetsen waaraan direct een functie gekoppeld is. Drukken van de
functietoets resulteert in het uitvoeren van de betreffende functie.

Ontruiming Toets

Indien er zich een situatie voordoet waar een totale evacuatie van alle aanwezige
personen in het gebouw gewenst is, kan de gebruiker met de toets Ontruiming de op de
BSX-E central / nevenpaneel alle signaalgevers —sirenes — activeren.
Deze situatie kan een voorval zijn;
De gebruiker kan dan besluiten manueel een totale ontruiming activeren. De overige
sturingen —waaronder doormelding brand, kleefmagneten deur ontgrendeling etc.
worden niet geactiveerd door de Ontruiming toets.
Om de totaal ontruiming te activeren dient de toets Ontruiming (2 op pagina 8) te
worden ingedrukt.
nevenpaneel de led indicator ontruiming (15 op pagina 7) oplichten. De signaalgevers
zullen nu geactiveerd worden.
De Ontruiming toets heeft toegangsniveau 2. De sleutelschakelaar van het BSX-E
centrale / nevenpaneel dient in de positie "gereed voor bediening" (1) te staan alvorens
Ontruiming toets bediend kan worden.
Druk de Signaalgevers AAN/UIT toets (3 op pagina 8) om het ontruimingsalarm af te
stellen (ongedaan te maken). De led indicator ontruiming (15 op pagina 7) zal uitgaan.
De signaalgevers zullen nu afgesteld worden.

Signaalgevers Aan/Uit Toets

De signaalgevers worden, afhankelijk van programmering onvertraagd of vertraagd,
geactiveerd in geval van een brandmelding. In geval een brandmelding of ontruiming
alarm genereren de signaalgevers een slow-whoop toon.
Met de Signaalgever Uit/Aan toets (3 op pagina 8) kunnen de signaalgevers (sirenes)
uitgezet worden (indien actief).
Afhankelijk van de configuratie van het BSX-E brandmeldsysteem worden alle
signaalgevers i.g.v. een brandmelding geactiveerd (totale alarmering) of worden de
signaalgevers meldergroep afhankelijk geactiveerd.
De Signaalgevers Uit/Aam toets heeft toegangsniveau 2. De sleutelschakelaar van de
BSX-E centrale / nevenpaneel dient in de positie "gereed voor bediening"
alvorens Signaalgevers Aan/Uit toets bediend kan worden.
In brandalarmstatus zal op de BSX-E centrale / nevenbediendelen;
de led indicator Brand (2 op pagina 7) knipperen,
één of meerdere meldergroep brand indicator(en) (21 op pagina 7) knipperen,
Zodra de Signaalgever Uit/Aan toets (3 op pagina 8) wordt bediend zullen de
signaalgevers worden afgesteld en zullen de led indicator brand (2 op pagina 7) en de
meldergroep brand indicator(en) (21 op pagina 7) continue oplichten.
16
wat niets met brand te maken heeft. Bijvoorbeeld een bom melding
dat het brandmeldsysteem in een bouwdeel een brand heeft gedetecteerd en
in dat bouwdeel ook de signaalgevers heeft geactiveerd, maar dat in de
overige bouwdelen geen signaalgevers geactiveerd worden door het
brandmeldsysteem. In dit geval is het brandmeldsysteem bewust zo
geconfigureerd.
Zodra toets Ontruiming bediend is zal op de
Gebruikershandleiding BSX-E Centrale
BSX-E centrale /
te staan
BGB006.10

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave