Een
brandmeldsysteem
nevenbediendelen een storing meld — aardstoring, meldergroep etc. — voor een
bewaakte systeemdeel, zoals meldergroepen, uitgang, intern / extern circuit, etc.
Zodra een storing of systeem storing gemeld wordt zal op de BSX-E en BSX-E
nevenbediendelen de interne zoemer geactiveerd worden. Tevens zal de led indicator
Algemene Storing
continue oplichten. Tevens zal bij;
•
een storing in een meldergroep —kortsluiting, onderbreking in de bekabeling, een
ontbrekende melder of een ontbrekende bewakingsweerstand—, de gele meldergroep
indicator
•
het ontbreken van de netvoeding, de accuspanning of een storing in de acculader, de
indicator Voedingstoring
•
een storing in de microprocessor of het geheugen, de indicator Systeemstoring
pagina 7) knipperen,
•
een verbinding (sluiting) tussen één van de in / uitgangen (of de aangesloten
apparatuur / bekabeling) en de "aarde", de indicator Aard Storing
knipperen,
•
een defecte zekering van de uitgaande voeding, de indicator Zekering Defect
pagina 7) knipperen,
•
een storing in een BSX-E nevenpaneel of een storing in de communicatiebus van de
nevenbediendelen, de indicator Nevenpaneel Storing
•
een storing in een bewaakte signaalgevers uitgang —kortsluiting, onderbreking in de
bekabeling of een ontbrekende bewakingsweerstand—, de indicator Signaalgevers
Storing/Uit
•
een storing in een bewaakte stuuruitgang —kortsluiting, onderbreking in de
bekabeling
Storing/Uit
•
een storing in een brand doormeld uitgang —indien als bewaakt ingesteld;
kortsluiting, onderbreking in de bekabeling of een ontbrekende bewakingsweerstand—
, de indicator Brand Doorm. Storing/Uit
•
een storing in een storing doormeld uitgang —indien als bewaakt ingesteld;
kortsluiting, onderbreking in de bekabeling of een ontbrekende bewakingsweerstand—
, de indicator Storing Doorm Storing/Uit
Een storingsmelding beïnvloedt alleen het gemelde deel van het systeem en zal de
werking van de rest van het brandmeldsysteem niet beïnvloeden.
Uw BSX-E brandmeldsysteem kan door de installateur of het brand detectiebedrijf zo
ingesteld worden dat storingsmeldingen bewust gerest moeten worden —latching— of
dat storingsmelding na het herstellen van de storing automatisch gereset worden —non-
latching—.
De BSX-E centrale is zo ingesteld dat storingen bewust gereset moeten worden;
Als de zoemer wordt afgesteld met de Zoemer Uit
zoemer van de BSX-E centrale of het betreffende BSX-E nevenpaneel worden afgesteld.
Tevens
wordt
storingsmelding zal de led indicator storing en de systeemdeel storingsindicator continu
oplichten. Pas nadat een storingsmelding geaccepteerd is (storing indicator(en) licht(en)
continue op) kan een melding ge-reset worden.
Na het verhelpen van de oorzaak van de storingsmelding kan de storingsmelding ge-
reset worden. Om de storingsmelding te resetten dient de Reset toets
ingedrukt te worden.
Voordat de Reset toets bediend kunnen worden dient de sleutelschakelaar op gereed
voor bediening te worden gezet.
De led indicator Algemene Storing & Systeemdeel storingsindicatoren zullen uit gaan.
Gebruikershandleiding BSX-E Centrale
Storing Status
is
in
(4
op pagina 7) pulserend oplichten en de led indicator In Bedrijf
(22
op pagina 7) knipperen,
(5
op pagina 7) knipperen,
(10
op pagina 7) knipperen,
of
een
ontbrekende
(12
op pagina 7) knipperen,
de
storingsmelding
BGB006.10
Bediening van het BSX-E systeem
Storing
Alarm
status
(9
bewakingsweerstand—,
(13
op pagina 7) knipperen,
(14
op pagina 7) knipperen.
(5
op pagina 8) toets zal alleen de
geaccepteerd.
Na
als
de
BSX-E
centrale
(7
op pagina 7)
op pagina 7) knipperen,
de
indicator
Uitgang
het
accepteren
van
(4
op pagina 8)
/
(6
op
(8
op
de
13