Wanneer het objectief is bevestigd
Wanneer het objectief is bevestigd
• De scherpstelpositie kan veranderen als u na het scherpstellen de
camera uitschakelt en vervolgens weer inschakelt. Als u op een vooraf
geselecteerde locatie heeft scherpgesteld terwijl u wacht op het
verschijnen van het onderwerp, raden we u aan de camera niet uit te
schakelen totdat de foto is gemaakt.
• Bevestigen van dit objectief op een camera in FX-formaat:
- selecteert het DX-beeldveld, wat de beschikbare scherpstelpunten
en het aantal opgenomen pixels vermindert, en
- schakelt de optie [Stof-referentiefoto] uit in het instellingenmenu.
• Films die zijn opgenomen met het objectief gemonteerd op een
Z 6 en 1920 × 1080 120p, 1920 × 1080 100p, of 1920 × 1080 slow
motion geselecteerd voor [Beeldformaat/beeldsnelheid] in het
filmopnamemenu, zullen worden opgenomen bij de volgende
beeldformaten en -snelheden:
- 1920 × 1080; 120p
- 1920 × 1080; 100p
- 1920 × 1080; 30p ×4 (slow motion) → 1920 × 1080; 30p
- 1920 × 1080; 25p ×4 (slow motion) → 1920 × 1080; 25p
- 1920 × 1080; 24p ×5 (slow motion) → 1920 × 1080; 24p
→ 1920 × 1080; 60p
→ 1920 × 1080; 50p
11