3 Bediening
Om de gewenste warmhoudtemperatuur (in de geplande stand
en in de stand Warmhouden) af te lezen en aan te passen
1 Ga
naar
[7.4.3.3]:
Voorgeprogrammeerde
waarden
Warmhouden.
Gevolg: U kunt de gewenste warmhoudtemperatuur aflezen.
2 Druk op
of op
om aan te passen.
De actieve en de volgende geplande gewenste temperatuur (in
de stand Gepland of in de stand Gepland + warmhouden)
aflezen en negeren
1 Ga naar de startpagina van de warmtapwatertanktemperatuur (
Tank).
60°C
Gevolg:
verschijnen op het scherm.
2 Druk op
of op
om te negeren. Opmerking: Als de
gewenste temperatuur weersafhankelijk is, kunt u deze niet op
de startpagina wijzigen.
3.4.5
De boosterstand van de
warmtapwatertank gebruiken
De boosterstand van de warmtapwatertank activeren
(gebruikersprofiel = Basis)
1 Ga naar de startpagina van de warmtapwatertanktemperatuur (
Tank).
2 Druk langer dan 5 seconden op
De boosterstand van de warmtapwatertank activeren
(gebruikersprofiel = Gedetailleerd)
1 Ga naar de startpagina van de warmtapwatertanktemperatuur (
Tank).
2 Druk op
om te selecteren.
3.5
Gevorderd gebruik
3.5.1
Over het wijzigen van het
gebruikertoegangsniveau
Hoeveel informatie u in de menustructuur kunt aflezen hangt af van
uw gebruikertoegangsniveau:
▪ Eindgebruiker (= standaard)
▪ Gev. eindgebrkr: U kunt meer informatie aflezen.
Het gebruikertoegangsniveau instellen op Gevorderde
eindgebruiker
1 Ga naar het hoofdmenu of naar een van zijn onderliggende
menu's:
.
2 Druk langer dan 4 seconden op
Gevolg: Het gebruikertoegangsniveau verandert in Gev. eindgebrkr.
Er verschijnt bijkomende informatie en "+" is toegevoegd op de
menutitel. Het gebruikertoegangsniveau zal op Gev. eindgebrkr
blijven tot het anders wordt ingesteld.
Het gebruikertoegangsniveau instellen op Eindgebruiker
1 Druk langer dan 4 seconden op
Gevolg: Het gebruikertoegangsniveau verandert in Eindgebruiker.
De gebruikersinterface zal naar het standaard beginscherm
terugkeren.
Gebruiksaanwijzing
6
>
Gebruikerinstellingen
>
Tanktemperatuur
.
.
.
3.6
Programma's: voorbeeld
>
INFORMATIE
>
Andere regelingen programmeren gebeurt op de zelfde
manier.
In dit voorbeeld:
▪ Een programma in stand Verwarmen voor de ruimtetemperatuur
▪ Maandag = dinsdag = woensdag = donderdag = vrijdag
▪ Zaterdag = zondag
Het programma programmeren
1 Ga naar [7.3.1.1]:
programma > Kamertemp. > Verwarmingsprogramma instellen.
2 Selecteer Leeg en druk op
3 Programmeer het programma voor de maandag. Zie hierna
voor meer informatie.
4 Kopieer maandag naar dinsdag, woensdag, donderdag en
vrijdag. Zie hierna voor meer informatie.
5 Programmeer het programma voor de zaterdag.
6 Kopieer zaterdag naar zondag.
7 Sla het programma op en geef het een naam. Zie hierna voor
meer informatie.
Het programma voor de maandag programmeren
1 Gebruik
en
om Maandag te selecteren.
2 Druk op
om het programma voor de maandag in te geven.
3 Programmeer het programma voor de maandag:
▪ Gebruik
en
▪ Gebruik
en
Van een dag naar een andere kopiëren
1 Selecteer de dag die u wilt kopiëren en druk op
Maandag.
2 Selecteer Dag kopiëren en druk op
3 Zet de dagen naar waar u wilt kopiëren op Ja en druk op
Voorbeeld: Dinsdag = Ja, Woensdag = Ja, Donderdag = Ja en
Vrijdag = Ja.
Het programma opslaan
1 Druk op
, selecteer Programma opslaan en druk op
2 Selecteer Eigen prog 1, Eigen prog 2 of Eigen prog 3 en druk
op
.
3 Wijzig de naam en druk op
kamertemperatuurprogramma's).
MijnWeekprogramma
Het programma selecteren dat u nu wilt gebruiken
1 Ga naar [5]:
> Programma selecteren.
2 Selecteer de regeling waarvoor u een programma wilt
gebruiken. Voorbeeld: [5.1] Kamertemperatuur.
3 Selecteer de bedrijfsmodus waarvoor u een programma wilt
gebruiken. Voorbeeld: [5.1.1] Verwarming.
4 Selecteer een voorgeprogrammeerd of een eigen programma
en druk op
.
> Gebruikerinstellingen > Ingesteld
.
om een invoer te selecteren.
om de waarde van een invoer te wijzigen.
. Voorbeeld:
.
. (Alleen van toepassing voor
Voorbeeld:
RHBH/X04~16CB
ROTEX HPSU lagetemperatuur BiBloc
4P3849671 – 2015.01
.
.