4. Programmeren
4.2. Statusmenu
Na inschakeling is het statusmenu actief. Ge-
bruik de [Menu]-toets om te schakelen tussen
status, snelmenu en hoofdmenu.
Met de pijltjestoetsen [▲] en [▼] kan door de
diverse opties in elk menu worden geschoven.
4
Het display geeft de statusmodus aan door
middel van een pijltje boven
4.3. Snelmenu
Het snelmenu biedt een eenvoudige toegang tot de meestgebruikte parameters.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
20
Status.
Om het snelmenu te activeren, drukt
u herhaaldelijk op de [Menu]-toets
Quick Me-
totdat het lampje boven
nu
brandt en klikt u vervolgens op
[OK].
Gebruik [▲] [▼] om door de parame-
ters in het snelmenu te schuiven.
Druk op [OK] om een parameter te
selecteren.
Gebruik [▲] [▼] om de waarde van de
geselecteerde parameter te wijzi-
gen.
Druk op [OK] om de wijziging op te
slaan.
Om het huidige scherm te verlaten,
klikt u twee keer op [Back] om naar
Status
te gaan of klikt u één keer op
Main Menu
[Menu] om naar
te gaan.
MG.02.A2.10 – VLT
VLT Micro Drive FC 51 Bedieningshandleiding
Afbeelding 4.8: Indicatie statusmodus
Afbeelding 4.9: Indicatie modus Snelmenu
®
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss