SYSTEM
Parameter
CONTRAST
OUTPUT
BANK MODE
BANK EXTENT MIN
BANK EXTENT MAX
KNOB LOCK
KNOB MODE
BYPASS
PEDAL ACT
FSW HOLD TIME
FSW MODE
TEMPO HOLD
USB MODE
LOOP MODE
LOOP LEVEL
MIDI
Parameter
Beschrijving
Rx CHANNEL
Geeft het ontvangstkanaal op.
Tx CHANNEL
Geeft het verzendkanaal op.
PC IN
Geeft op of programmawijzigingen worden ontvangen.
PC OUT
Geeft op of programmawijzigingen worden verzonden.
Geeft het bankselectiebericht op dat tegelijk wordt verzonden met de programmawijziging.
BANK SEL OUT
Als u MSB selecteert, wordt alleen MSB (CC#0) verzonden. Als u M+L selecteert, worden zowel MSB als LSB
(CC#32) verzonden.
CC IN
Geeft op of bedieningswijzigingen worden ontvangen.
CC OUT
Geeft op of bedieningswijzigingen worden verzonden.
TIME CONTROL Geeft op of bewerkingen van de [TIME/VALUE]-regelaar worden verzonden en ontvangen.
A SW CC
[A]-schakelaar
B SW CC
[B]-schakelaar
TAP/CTL SW CC [TAP/CTL]-schakelaar
FEEDBACK CC
[FEEDBACK]-regelaar
E. LEVEL CC
[E. LEVEL]-regelaar
TONE CC
[TONE]-regelaar
MOD DEPTH CC [MOD DEPTH]-regelaar
CTL1 CC
Externe CTL1-schakelaar
CTL2 CC
Externe CTL2-schakelaar
EXP CC
Extern EXP-pedaal
EFFECT ON/OFF Geeft het controllernummer op dat wisselt tussen ingeschakelde delay en bypass.
LOOP ON/OFF
Geeft het controllernummer op dat de Phrase Loop-functie in- of uitschakelt.
Geeft het controllernummer op dat het opnemen of overdubben uitvoert bij het gebruik van de Phrase Loop-
LOOP REC/DUB
functie.
Geeft het controllernummer op dat het afspelen van een loop uitvoert bij het gebruik van de Phrase Loop-
LOOP PLAY
functie.
LOOP STOP
Geeft het controllernummer op dat het afspelen stopt bij het gebruik van de Phrase Loop-functie.
LOOP CLEAR
Geeft het controllernummer op dat de frase wist bij het gebruik van de Phrase Loop-functie.
SYNC
Selecteert de invoer van de tempoklok die wordt gebruikt voor synchronisatie.
REALTIME SRC
Selecteert de bron van de realtimeberichten die worden verzonden van de MIDI OUT-connector of de USB-poort.
Geeft de connector op waarnaar MIDI-berichten die worden ontvangen van de MIDI IN-connector, worden
MIDI IN->OUT
uitgestuurd.
Beschrijving
Regelt het contrast van het display.
Selecteert hoe de uitvoer gebeurt.
Geeft de timing op waarop de patch wordt gewijzigd wanneer u een andere bank kiest.
Stelt de ondergrens in voor de banken.
Stelt de bovengrens in voor de banken.
Geeft op of bediening van de regelaars wordt uitgeschakeld.
Geeft op hoe bediening van de regelaars wordt uitgevoerd.
Geeft op hoe het bypassgeluid wordt uitgestuurd.
Geeft op of de bewerking wordt uitgevoerd wanneer u op de [A]-, [B]- of [TAP/CTL]-schakelaar drukt of
wanneer u de schakelaar loslaat.
Geeft op hoeveel seconden de [A]-, [B]- of [TAP/CTL]-schakelaar moet worden ingedrukt om te worden
geïnterpreteerd als een lange druk.
Geeft op hoe de voetschakelaar wordt gebruikt (p. 19).
Geeft op of het tempo (BPM) wijzigt of wordt behouden wanneer u patches verwisselt. Door het tempo
te behouden, kunt u ook de delaytijd behouden. Als echter de patch waarnaar u wisselt een verschillende
NOTE-instelling heeft (zoals ¸ of ˙), zal de delaytijd ook veranderen.
Geeft de USB-bedieningsmodus op (p. 21).
Geeft de samplefrequentie op.
Geeft het volume van de opgenomen frase op.
Geeft het controllernummer op van de overeenkomstige regelaars of
schakelaars.
Lijst met parameters
17