Inhoudsopgave
Advertenties
2.4.3 Het contacttype wijzigen
Starre zuiglansen en voetkleppen met een niveauweergave in
twee stappen hebben twee signaaluitgangen. Beide zijn in de
fabriek ingesteld op het NO-contacttype.
Een symbool op de vlotter geeft het contacttype aan. De actieve
instelling voor het contacttype wordt aangeduid met het symbool
aan de huidige bovenzijde van de vlotter.
Symbool
Beschrijving
Contacttype NO (normaal open)
Wordt gesloten als het vloeistofpeil daalt
Contacttype NC (normaal gesloten)
Wordt geopend als het vloeistofpeil daalt
Het contacttype kan worden gewijzigd door de vlotter onderstebo-
ven te draaien (180 °). Als het contacttype is ingesteld op NC,
wordt een "tank leeg"-signaal afgegeven bij een kabelbreuk.
Het contacttype wijzigen (RSL en FV tot 60 l/uur)
1. Verwijder de vlotter zijwaarts.
2. Draai de vlotter ondersteboven (180 °) en bevestig hem
opnieuw.
– De actieve instelling voor het contacttype wordt aangeduid
met het symbool aan de huidige bovenzijde van de vlotter.
3. Pas de signaalingangen van de stroomafwaarts gelegen
apparaten (pomp) aan. Volg de instructies in de handleidingen
van de stroomafwaarts gelegen apparaten.
Afb. 8 Het contacttype wijzigen (RSL en FV tot 60 l/uur)
Het contacttype wijzigen (RSL tot 460 l/uur)
1. Verwijder de vergrendelingsring (1).
2. U kunt de inlaat (2) verwijderen door met een kleine platte
schroevendraaier zorgvuldig stappen (A) t/m (C) uit te voeren.
3. Verwijder de vergrendelingsringen (4).
4. Verwijder de vlotters (3).
5. Draai de vlotters ondersteboven (180 °) en plaats ze vervol-
gens terug.
– De actieve instelling voor het contacttype wordt aangeduid
met het symbool aan de huidige bovenzijde van de vlotter.
6. Installeer de vergrendelingsringen (4), waarbij de nippels (5)
in de richting van de vlotters (3) wijzen.
7. Installeer de inlaat (2) opnieuw door zorgvuldig stappen (D)
en (E) uit te voeren.
8. Installeer de vergrendelingsring (1) opnieuw met de nippels
(5) naar beneden gericht.
9. Pas de signaalingangen van de stroomafwaarts gelegen
apparaten (pomp) aan. Volg de instructies in de handleidingen
van de stroomafwaarts gelegen apparaten.
3
4
4
3
1
2
C
1
5
D
2
Afb. 9 Het contacttype wijzigen (RSL tot 460 l/uur)
Pos. Beschrijving
1
Vergrendelingsring
2
Inlaat met zeef
3
Vlotter
4
Vergrendelingsring
5
Nippel
6
Symbool voor contacttype
A-E
Stappen voor het verwijderen en installeren van de inlaat
6
3
A
B
2
E
2
5
Advertenties
Inhoudsopgave
